Normal_neanderthaler

Door een paar stukjes overgebleven Neanderthaler-dna kan de kans op depressie bij Europeanen een klein beetje worden verhoogd. Ook vergroot het de kans op een rookverslaving, zo blijkt uit een onderzoek waarbij ongeveer dertigduizend patiëntendossiers van Europeanen vergeleken werden met dna-gegevens uit oude Neanderthalerbotten. Dat meldt de Volkskrant. 

Niet alleen vergroot het de kans op een depressie of rookverslaving enigszins, ook geeft het dna een hoger risico op overgewicht, zonlichtbeschadiging van de huid, overmatige bloedstolselvorming en aderverkalking. Uit een ander onderzoek eerder dit jaar bleek al dat de Neanderthaler de huidige Europeaan vatbaarder heeft gemaakt voor astma en hooikoorts. Europeanen dragen ongeveer 2 procent Neanderthaler-dna mee. Omdat het dna zo goed bewaard is gebleven denken de wetenschappers dat de mens hier iets aan heeft.

Amerikaanse wetenschapper Tony Capra schrijft in het magazine Science dat de verhoogde ziekterisico's in de tijd van de Neanderthaler een voordeel waren, hierbij haalt hij het verhoogde risico op bloedstolsels aan. “In de moderne wereld is dat schadelijk, omdat het de kans op beroerte en embolie vergroot. Maar vroeger kan het onze voorouders hebben geholpen, als hun wonden iets sneller heelden.”

De kans op depressie wordt door het dna slechts een paar procent verhoogd. De wetenschapper denkt dat de reden hiervan waarschijnlijk “de prijs is die we betaalden voor een lichaam dat gevoeliger is voor zonlicht, nodig om voldoende vitamine D te maken”, aldus Capra.

De invloed van de oermens is nog niet eerder zo precies bewezen. Hoogleraar forensisch moleculaire biologie Manfred Kayser (Erasmus MC), zelf niet betrokken bij het onderzoek, vindt dat het zo wel lijkt alsof het alleen negatieve invloeden met zich meebrengt. Kenmerken die niets met ziekten te maken hebben zoals haar- en huidskleur, staan niet in het gepubliceerde artikel.

©Nationale Zorggids