Normal_handboeien

De effectiviteit van preventieve justitiële jeugdinterventies bewijst zich vooral als het gericht is op individuele jongeren en hun ouders. Dat blijkt uit een onderzoek van promovenda Sanne de Vries van de Universiteit van Amsterdam. Ze vergeleek gegevens van ruim negenduizend jongeren uit 39 verschillende studies. Tijdens haar onderzoek keek ze naar de effectiviteit van interventies die moeten voorkomen dat een jongere het criminele pad op gaat. Dat meldt het Nederlands Jeugdinstituut (Nji).

De Vries keek in haar vergelijking naar jongeren die al eerder een delict hebben gepleegd en naar jongeren die een verhoogd risico lopen. Wat blijkt is dat preventieve interventies slechts een klein effect hebben op delinquentie en recidive. Het vastleggen van afspraken over gedrag en het trainen van de opvoedvaardigheden van ouders blijken de meeste effectiviteit te hebben. Tevens hebben intensieve programma's minder effect dan de minder intensieve varianten. De Vries denkt dat groepsinterventies met name moet worden vermeden, want deze zorgen niet voor de gewenste verandering in het gedrag. 

©Nationale Zorggids