Reageerbuisbaby's die nu worden geboren hebben bijna dezelfde overlevingskans als baby's die op een natuurlijke manier zijn verwekt. Uit een Deens onderzoek komt naar voren dat dat het aantal vroeggeboorten en perinatale sterfgevallen onder IVF-baby's een sterke daling laat zien. Dit meldt de Telegraaf.
In een onderzoek aan de Universiteit van Kopenhagen werden de medische gegevens van 92.000 baby's die tussen 1988 en 2007 via IVF (In Vitro Fertilisatie) ter wereld kwamen vergeleken met de die van baby's die op een natuurlijke manier werden verwekt. Tussen de jaren 1988 en 2007 werden de verschillen tussen de twee groepen voor wat betreft het aantal doodgeboorten, vroeggeboorten en geboortegewicht gaandeweg steeds kleiner. De eerste reageerbuisbaby werd in 1978 in Engeland geboren. Tussen de jaren 1980 en 1990 kwam ongeveer een op de acht IVF-baby's (12,5 procent) te vroeg ter wereld, tegenover een op de twintig baby's (vijf procent) die op een natuurlijke manier werden verwekt. Uit de meest recente cijfers blijkt echter dat tegenwoordig acht procent van de reageerbuisbaby's te vroeg ter wereld komt, tegenover vijf procent van de natuurlijk verwekte baby's.
Volgens de onderzoekers is deze daling vooral het gevolg van verbeterde technieken en aangepaste regelgeving. Om de kans op (soms) risicovolle meerlingzwangerschappen zo klein mogelijk te houden wordt bij vrouwen tegenwoordig vaker slechts één embryo teruggeplaatst. Onderzoeker Anna-Karina Aaris Henningsen: 'Tijdens onze studie, die werd uitgerekt over twintig jaar, zagen we een opmerkelijke daling in het aantal vroeggeborenen. Deze gegevens tonen aan dat het beleid om slechts één embryo per cyclus te dragen tijdens begeleide voortplanting niet alleen de kans op een meerling verkleint, maar ook een belangrijke invloed heeft op de gezondheid van een baby.'
© Nationale Zorggids
