Normal_dementie_oudere_bejaarde_eenzaam

De laatste jaren is de zorg voor mensen met dementie veranderd. Er is namelijk meer aandacht voor de beleving en behoeften van de patiënten. “Vroeger werd helemaal niet gepraat met mensen met dementie, omdat er vanuit werd gegaan dat er niet met ze te praten viel”, zegt hoogleraar Rose-Marie Droës, die zich bezighoudt met vernieuwingen in de zorg voor dementerenden. De focus is inmiddels verschoven. Er zijn nu zelfs gespreksgroepen voor deze patiënten. Dat meldt Mijngezondheidsgids

In de gespreksgroepen krijgen de ouderen bijvoorbeeld tips over hoe om te gaan met dementie en ze kunnen hun problemen uitwisselen met anderen. Droës zette dertig jaar geleden de verandering al in gang door mensen met dementie te laten bewegen, waardoor ze begonnen op te leven. Dit leidde tot een onderzoek met de centrale vraag of ook externe omstandigheden leiden tot gedragsveranderingen.

De hoogleraar zorgde hiermee voor een doorbraak. Het ging voortaan om de vraag hoe goed de ouderen konden werden begeleid, net als hun behoeften, interesses en mogelijkheden. Er heeft een omslag plaatsgevonden van aanbodgestuurde naar vraaggerichte zorg. Droës: “De zorg is vaak gericht op functionele ondersteuning en niet zozeer op hoe mensen hun ziekte zelf beleven, er mee omgaan en hoe ze emotioneel een evenwicht kunnen vinden. Als je zoveel mogelijk probeert aan te sluiten bij de behoeften van patiënten, door met ze te praten of met hun familie, ontdek je ook dat er grote individuele verschillen zijn. Dat kan betekenen dat je bij de ene patiënt op een heel andere vorm van zorg of behandeling uitkomt dan bij de ander.”

Voor de ouderen zijn er twee vormen van revalidatie, namelijk cognitieve en lichamelijke revalidatie. “Door beweging functioneren mensen beter, gaan ze ook cognitief minder snel achteruit en ze voelen zich er bovendien emotioneel prettiger bij”, aldus Droës.