Normal_rss_entry-257816

Reizigers die in Nederland aankomen worden straks verplicht te bewijzen dat ze getest zijn op het coronavirus. Daaruit moet ook blijken dat ze het virus niet onder de leden hebben. Dat wil althans coronaminister Hugo de Jonge, maar daar is wel een aanpassing van de wet voor nodig. Het verplichten van een negatieve testverklaring kan daardoor pas op zijn vroegst in het voorjaar worden ingevoerd, verwacht de bewindsman.

De testverklaring mag niet meer dan twee dagen (48 uur) voor aankomst zijn afgegeven, meldt de minister aan de Tweede Kamer.

Dit moet het makkelijker maken voor mensen die voor een noodzakelijke reis uit risicogebieden, waar het virus zich op dat moment snel verspreidt of het aantal besmettingen erg hoog is, naar Nederland reizen. Daarnaast wil De Jonge reizigers uit die gebieden vijf dagen na aankomst in Nederland laten testen. Dit gebeurt naar verwachting ook als ze geen klachten hebben die wijzen op het coronavirus.

Testverklaring vanaf half december

Hoewel de regeling voor de meeste mensen nog even op zich laat wachten, kan de testverklaring wel al vanaf half december gevraagd worden voor een specifieke groep reizigers, stelt De Jonge. Het gaat om niet-Europese reizigers die zijn uitgezonderd van het inreisverbod van de Europese Unie. Met een wijziging van dat verbod en de regels over vrij reizen tussen bepaalde Europese landen kan er al een verplichting worden geregeld voor deze groep. Vanaf half januari zouden ze zich kunnen laten testen na vijf dagen van aankomst.

Op die manier hoeven mensen voor wie het 'echt nodig' is om te reizen (dus niet voor vakantie of een familiebezoek) nadat ze in Nederland zijn gekomen minder lang in quarantaine. Door de regels op te stellen hoopt het kabinet dat dit kan, zonder dat reizigers uit risicogebieden het virus weer met zich meebrengen.

Door: ANP