Gezondheidsraad adviseert tweede booster voor ouderen en risicogroepen

Vier risicogroepen zouden de kans moeten krijgen om op korte termijn een tweede boosterprik tegen het coronavirus te halen. Het gaat om mensen van 70 jaar en ouder, volwassenen met het syndroom van Down, volwassenen met een ernstige immuunstoornis en om bewoners van verpleeghuizen. Dat adviseert de Gezondheidsraad.

De Gezondheidsraad houdt er rekening mee dat de versoepelingen van de coronamaatregelen leiden tot "een kortstondige toename in het aantal besmettingen". Mensen uit die kwetsbare groepen kunnen daardoor ernstig ziek worden en misschien wel overlijden. Daarom zouden ze nu al een tweede boosterprik moeten kunnen krijgen, vindt de raad.

Vanwege hun medische risico's waren de vier groepen afgelopen najaar als eersten aan de beurt om een extra prik te krijgen. Doordat ze als eersten die inenting ontvingen, zal de bescherming van die booster ook eerder minder worden dan bij anderen.

Vaccin

De mensen uit de vier groepen kunnen het beste een zogeheten mRNA-vaccin krijgen, adviseert de Raad. Dit zijn de vaccins die gemaakt worden door Pfizer/BioNTech en door Moderna.

Omikron

Voor andere volwassenen is een tweede boosterprik voorlopig niet nodig. De omikronvariant is "minder ziekmakend" en het aantal besmettingen gaat waarschijnlijk dalen. "Voor de algemene bevolking is de verwachte gezondheidswinst door een tweede boostervaccinatie daarom gering", aldus de Gezondheidsraad.

In maart kijkt de Gezondheidsraad opnieuw naar de situatie. Misschien is het dan nodig om ook andere groepen van mensen onder de 70 een boosterprik aan te bieden.

Door: ANP