Sinds de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) over de huishoudelijke hulp is er veel bij gemeenten nog weinig veranderd. Ze weten dat hun beleid aangepast moet worden, maar hoe precies is nog onduidelijk. Gemeenten weten nog niet wat de precieze invulling van het nieuwe beleid gaat zijn. De CRvB deed in mei de uitspraak dat huishoudelijke hulp onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) valt en gemeenten daar niet zomaar op mogen korten. Ze moeten passende hulp bieden als dat nodig is, zodat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Dat meldt Binnenlands Bestuur.
Na de uitspraak van de CRvB lieten enkele gemeenten weten hun beleid direct aan te passen, andere gemeenten zouden hun tijd ervoor nemen. Staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid grijpt in als gemeenten geen aanpassingen doen in hun huidige beleid, zo liet hij enkele maanden geleden weten. In een brief aan alle wethouders schreef hij dat ze hun huishoudelijke hulpbeleid zo snel mogelijk moeten laten aansluiten op de Wmo.
De gemeente Steenbergen bijvoorbeeld voldoet grotendeels aan de voorwaarden en hoeft enkel beleidsstukken aan te vullen. De gemeenten Noordenveld en Zaltbommel daarentegen moeten meer veranderingen doorvoeren. Volgens de gemeente Noordenveld viel huishoudelijke hulp onder algemene voorzieningen, terwijl de uitspraak van de CRvB duidelijk maakt dat dat alleen onder strikte voorwaarden mag. Hulp valt nu weer onder de Wmo en valt onder de noemer ‘maatwerkvoorziening’. Zaltbommel heeft één en ander aan te passen op het gebied van indiceren. Maar hoe de gemeente het beleid zal aanpassen wordt waarschijnlijk begin volgend jaar pas duidelijk.
Door: Redactie Nationale Zorggids
