Helft van mensen met psychische aandoening langdurig zonder betaald werk
Bijna één op de vijf werkenden tussen de 30 en 65 jaar met een chronische aandoening heeft al minstens vier jaar geen baan. Dat aandeel ligt fors hoger dan gemiddeld, want onder de gehele beroepsbevolking gaat het om 16 procent. Vooral mensen met psychische klachten staan langdurig buitenspel, blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Nivel.
Van de mensen met een chronische psychische aandoening – zoals een verstandelijke beperking, schizofrenie, dementie of een persoonlijkheidsstoornis – zit de helft langdurig zonder werk. Bij een combinatie van psychische en lichamelijke klachten, dan loopt dat zelfs op tot bijna 60 procent. Dat is ruim twee keer zoveel als bij mensen die alleen lichamelijke aandoeningen hebben.
Grote verschillen tussen aandoeningen
Niet alleen psychische klachten, maar ook neurologische aandoeningen – zoals multiple sclerose, de ziekte van Parkinson of epilepsie – hebben een grote invloed op het werkend leven. Bijna 40 procent van deze groep heeft al jarenlang geen baan. Ook mensen met een lichamelijke of functiebeperking hebben het lastig: 34 procent werkt langdurig niet.
Ter vergelijking: bij hart- en vaatziekten ligt dit percentage op 27 procent en bij aandoeningen aan botten, spieren of gewrichten op 32 procent. Mensen met huidaandoeningen staan er relatief gunstig voor: hoewel deze klachten vaak voorkomen, is langdurige werkloosheid onder deze groep het laagst (17 procent).