Mentale gezondheid lhb-personen fors slechter dan bij hetero’s
Lesbische, homoseksuele en bi-plus Nederlanders kampen vaker met mentale klachten dan heteroseksuele volwassenen. Vooral bi-plus personen zijn kwetsbaar: zij melden het vaakst angst- en depressiegevoelens, slaapproblemen en psychisch hulpgebruik. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Volgens de Gezondheidsenquêtes van 2023 en 2024 ervaart 61 procent van de lhb-volwassenen angst of depressieve gevoelens, tegenover 42 procent van de heteroseksuele bevolking. Ook slaapproblemen komen bij de groep vaker voor (33 tegenover 25 procent). Een kwart van de lhb’ers had het afgelopen jaar contact met een psycholoog of psychiater, ruim twee keer zoveel als heteroseksuele Nederlanders.
Bi-plus het vaakst geraakt
Binnen de lhb-groep springt vooral de bi-plus-gemeenschap eruit. Twee op de drie bi-plus personen (67 procent) kampen met angst of depressie en ruim een derde heeft last van slaapproblemen. Ook ervaren zij vaker dat deze klachten hun dagelijks leven belemmeren. Een op de drie bi-plus volwassenen had het afgelopen jaar contact met een psychische zorgverlener.
Volgens het CBS hangt dat verschil niet alleen samen met leeftijd of geslacht – bi-plus personen zijn gemiddeld jonger en vaker vrouw – maar duidt het op diepere maatschappelijke oorzaken, zoals onbegrip, dubbele vooroordelen of gebrek aan herkenning binnen zowel de hetero- als homogemeenschap.
Homoseksuele en lesbische volwassenen
Ook homoseksuele en lesbische personen ervaren vaker psychische klachten dan heteroseksuele mensen, al minder sterk dan bi-plus personen. Zo zegt 55 procent angst- of depressiegevoelens te hebben en 20 procent zocht hulp bij een psycholoog of psychiater.
