Cognitieve beperkingen die veelal voorkomen na chemotherapie, kunnen wel tot zes maanden na die behandeling aanhouden. Dat stellen onderzoekers van het kankerinstituut van de Universiteit van Rochester in de Verenigde Staten. Een zogenoemd chemobrein zorgt onder andere voor slechtere concentratie en vergeetachtigheid. Dit meldt Nu.nl.
Aan het onderzoek deden 581 vrouwen met borstkanker mee, en 364 gezonde mensen. De gemiddelde leeftijd in beide groepen lag op 53 jaar. De cognitieve prestaties van de deelnemers werd via een speciale techniek gemeten. Een tweede meetmoment volgde na zes maanden.
De borstkankerpatiënten hadden bij de eerste meting al 45 procent meer last van cognitieve beperkingen dan de gezonde groep deelnemers. Ook na zes maanden hadden veel kankerpatiënten nog last van cognitieve problemen en soms waren deze zelfs verergerd. Van de gezonde groep had slechts één op de acht na zes maanden problemen met het geheugen, van de mensen die chemo hebben ondergaan was dat één op de drie.
Chemobrein is een nare bijwerking die veel mensen ervaren na hun chemotherapie. Cognitieve problemen kunnen het dagelijkse leven sterk beïnvloeden. Soms lukt het niet om bepaalde dingen te onthouden of om ergens geconcentreerd aan te werken. Ook kan men overprikkeld raken door de effecten van een chemobrein. Volgens de Amerikaanse onderzoekers hebben angst, stress en depressie in de periode na de chemotherapie een negatief effect op de cognitieve prestaties van patiënten met een chemobrein.
Door: Redactie Nationale Zorggids
