Ongemak in stemhokje: ‘Blijkbaar is een oplossing voor blinden en slechtzienden te ingewikkeld’
Stemmen met het rode potlood is voor blinden en slechtzienden een groot probleem. Volgens de Oogvereniging ontstaat door een gebrek aan kennis bij vrijwilligers van het stembureau regelmatig een onnodige discussie.
Vernederend, lastig, een drama. Deze typeringen gaf de zeer slechtziende Sander Terphuis een week voor de verkiezingen aan het stemmen met het rode potlood. Als oud-voorzitter van de inmiddels met andere patiëntenverenigingen gefuseerde Nederlandse vereniging van Blinden en Slechtzienden uitte hij in de Volkskrant zijn ongenoegen over de gang van zaken. “Het is onbegrijpelijk dat blinden en slechtzienden in Nederland nog steeds niet zelfstandig kunnen stemmen”, schreef Terphuis.
Verwarring
Exacte cijfers zijn niet bekend, maar in Nederland zou het gaan om zo’n 300.000 tot 350.000 mensen met een visuele beperking. Een deel kan volledig zelfstandig hun stem uitbrengen, anderen hebben hulp nodig van bijvoorbeeld een lampje, een loep of een begeleider. Vooral de assistentie van een ander persoon leidt regelmatig tot onnodige misverstanden, zegt Ton van Weerdenburg van de Oogvereniging.
Van Weerdenburg houdt zich namens de Oogvereniging onder andere bezig met de problemen die blinden en slechtzienden ervaren bij het uitbrengen van hun stem. Is het stemmen voor mensen met een visuele beperking inderdaad een ramp, zoals Terphuis beweert? “Een ramp is een groot woord, maar het geeft wel aan dat sommigen de vrijheid missen om hun stem geheim te houden”, zegt Van Weerdenburg.
Er ontstaat regelmatig verwarring tussen de kiezer en de vrijwilligers van het stembureau. “Vrijwilligers weten vaak niet wat ze met een blind of slechtziend persoon aan moeten. Op het moment dat de kiezer een begeleider meeneemt, gebeurt het regelmatig dat er discussie ontstaat of de begeleider vanwege het geheime karakter van de stemming wel of niet het stemhokje in mag. Het is onwetendheid van de vrijwilligers, want in de regels staat dat je assistentie mag meenemen in het stemhokje.”
Klachten
Het gebruik van een rood potlood wordt vanwege de worsteling met de hulpmiddelen door enkelen gezien als vernederend, terwijl achter de kiezer andere mensen staan te wachten. “De visueel beperkte voelt zich niet op zijn gemak, dat klopt”, meent Van Weerdenburg.
Door de barrières die worden opgeworpen komt het voor dat de slechtziende of blinde kiezer thuisblijft. Ook na de verkiezingen van woensdag zullen bij de Oogvereniging weer klachten binnenkomen over discussies die ontstaan in het stemhokje. De kiezer ziet het afgeven van een volmacht als laatste oplossing. In dat geval brengt iemand anders namens de visueel beperkte de stem uit. Klachten over ontoegankelijke of slecht bereikbare stemlokalen kunnen bij het meldpunt van het College voor de Rechten van de Mens worden gemeld, bij het antidiscriminatiebureau of via het Nationale Zorgnummer.
Stemcomputer
In 2006 was het mogelijk om te stemmen met behulp van een (stem)computer. Een deel van deze apparaten was met spraak uitgerust waardoor sommige mensen met visuele beperking zelfstandig konden stemmen. Het leek de goede kant op te gaan, maar in mei 2008 maakte het ministerie van Binnenlandse Zaken bekend dat stemmen weer met het rode potlood en papier ging gebeuren. De stemcomputer verdween vanwege de beveiliging van het apparaat uit beeld. Van Weerdenburg: “We zijn hierdoor weer terug bij af. De situatie is sinds het besluit van het ministerie verslechterd.”
Hoe kunnen visueel beperkte personen toch zelfstandig hun stem uitbrengen? Sander Terphuis wijst naar het buitenland, waar bijvoorbeeld wordt gewerkt met een rubberen matje dat over het stembiljet wordt gelegd. Met deze ‘mal’ kan de kiezer door de rondjes tellen de juiste partij en juiste persoon aankruisen. Maar volgens Van Weerdenburg is het in Nederland nog niet zo eenvoudig om de juiste partij via de rondjes op te sporen. “In Nederland zijn er zo verschrikkelijk veel partijen. Je krijgt dan enorme vellen met veel ramen. Als je een specifieke kandidaat wil hebben, moet je behoorlijk tellen. Andere landen gebruiken een stemcomputer of stemprinter, of een computer met spraakondersteuning.”
Van Weerdenburg pleit voor een toegankelijk systeem waardoor mensen met een visuele beperking zelfstandig kunnen stemmen als ze dat willen. Dat kan bijvoorbeeld een stemcomputer zijn, maar een volledig veilig, betrouwbaar en transparant apparaat bestaat nog niet. “Als er zo’n stemcomputer komt, wil je dat iedereen daarmee kan stemmen. Je wilt geen speciaal apparaat alleen voor blinden en slechtzienden. Het apparaat moet zo ingesteld worden, dat aan ieders wensen kan worden voldaan.”
Hoe verder?
Op korte termijn komt in ieder geval geen oplossing, weet Van Weerdenburg. Hij heeft zelfs zijn twijfels of het probleem voor visueel beperkten bij de eerstvolgende verkiezingen uit de wereld is. De Oogvereniging voert al jaren een lobby, maar een passende oplossing is er nog niet. “We komen nu niets verder”, verzucht Van Weerdenburg. “Hoe dat kan? Blijkbaar is alles nog niet duidelijk genoeg, of het is heel erg ingewikkeld voor iedereen. De laatste jaren heeft de Kiesraad wel allerlei onderzoeken laten doen, maar er is nog niets uitgekomen. Volgens het vorig jaar geratificeerde VN-verdrag zou alles al opgelost moeten zijn. Het is kwalijk dat het nog niet gebeurd is. Het verdrag is getekend, maar de uitvoering is ondermaats. Het College voor de Rechten van de Mens is ermee bezig en houdt na de verkiezingen een enquête om erachter te komen waar we nu eigenlijk staan. Samen met het College hopen we een stap te maken, zodat we tijdens de volgende verkiezingen verder komen.”
© Nationale Zorggids / Frank Molema