Nieuwe wet voor betere beschikbaarheid jeugdzorg gaat op 1 januari 2026 in
Kinderen en gezinnen die dringend gespecialiseerde jeugdzorg nodig hebben, moeten straks sneller hulp krijgen. De Eerste Kamer heeft ingestemd met de wet Verbetering beschikbaarheid jeugdzorg, die per 1 januari 2026 ingaat. Het doel: (hoog)specialistische hulp beter bereikbaar maken en lange wachttijden tegengaan. Dit meldt Rijksoverheid.
Een belangrijk onderdeel van de nieuwe wet is dat gemeenten voortaan verplicht regionaal samenwerken bij de inkoop van gespecialiseerde jeugdzorg. Zo komt er een betere spreiding van zorg door het hele land. Ook wordt vastgelegd welke vormen van hulp minimaal gezamenlijk moeten worden ingekocht, zodat kinderen niet meer afhankelijk zijn van hun woonplaats.
Cruciale stap
Demissionair staatssecretaris Judith Tielen voor Jeugd noemt de wet een noodzakelijke stap: “Dit wetsvoorstel is een cruciale stap in de verbetering van de beschikbaarheid van gespecialiseerde jeugdzorg. Dat is nodig, want op dit moment moeten kinderen en ouders die (hoog)specialistische jeugdhulp nodig hebben nog te vaak te lang wachten.”
De wet moet niet alleen de zorg zelf verbeteren, maar ook de manier waarop gemeenten en zorgaanbieders samenwerken. Door landelijke afspraken over het registreren van gegevens wordt informatie, zoals wachttijden, beter vergelijkbaar. Dat maakt het eenvoudiger om problemen vroeg te signaleren. Minder verschillen tussen regio’s betekent ook minder administratie en dus meer tijd voor directe zorg.
Meer toezicht en financiële zekerheid
De wet scherpt de eisen aan voor de financiële bedrijfsvoering van jeugdhulpaanbieders. Zo moeten financiële problemen minder snel leiden tot uitval van zorg. Daarnaast krijgt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) er een taak bij: het vroegtijdig signaleren van risico’s in de beschikbaarheid van specialistische jeugdzorg.