Normal_jeugdzorg_jongeren_jonge_mensen

De landelijke Verwijsindex Risicojongeren, een ICT-systeem dat in 2010 werd geïntroduceerd om risicokinderen vroegtijdig te signaleren en de samenwerking tussen diverse hulporganisaties te bevorderen, werkt niet naar verwachting en past niet in de dagelijkse praktijk van professionals in de jeugdhulpverlening. Dit concludeert promovenda Inge Lecluijze. Zo meldt de Universiteit Maastricht.

 

 

Het systeem werd ingevoerd naar aanleiding van het overlijden van enkele kinderen door mishandeling en huiselijk geweld waarbij verschillende hulpinstanties langs elkaar heen hadden gewerkt. Hulpverleners die zich zorgen maken over een kind of risico’s zien die de gezonde ontwikkeling bedreigen, plaatsen een ‘risicosignaal’ in het systeem. Zodra twee of meer hulpverleners dat voor hetzelfde kind doen, is er een ‘match’ en worden ze op de hoogte gebracht van elkaars betrokkenheid.

In de praktijk blijken hulpverleners de term ‘risicokind’ echter verschillend te interpreteren en blijken ze slechts zelden een signaal in het systeem te plaatsen. “Hierdoor bevat de Verwijsindex een vreemde selectie van ‘risicokinderen’, met een onduidelijke betekenis en komt de signaleerfunctie van het instrument dus niet uit de verf”, aldus Lecluijze. “De focus van beleidsmakers op risicosignalering beperkt niet alleen de professionele vrijheid en inschatting door professionals, maar veroorzaakt bij hen ook weerstand om de Verwijsindex te gebruiken.” Volgens de promovenda wijzen veel professionals om deze reden het gebruik af of werken er omheen.

Tot nu toe meldt elke evaluatie van de Verwijsindex, op nationaal en lokaal niveau, dat er te weinig wordt gesignaleerd door professionals. Implementeren wordt volgens de promovenda zo niet beschouwd als interactief leerproces, maar als prestatieindicator (hoe meer risicokinderen gesignaleerd, hoe beter geïmplementeerd). Volgens Lecluijze is het tijd om te kijken naar de invoering van een andere Verwijsindex. 

© Nationale Zorggids