Meisjes van 12 jaar komen steeds minder vaak opdagen voor de inenting tegen baarmoederhalskanker. Niet alle ouders zien nog de noodzaak in van deze prik, terwijl een vaccinatie tegen het hpv-virus dat baarmoederhalskanker veroorzaakt veel ellende kan voorkomen. Dat meldt het Algemeen Dagblad.
In de regio Rijnmond bijvoorbeeld is het percentage meisjes dat zich niet laat inenten tegen baarmoederhalskanker de afgelopen drie jaar gestegen van 34 procent naar 41 procent. Jeugdartsen maken zich hierover zorgen en zijn van mening dat een vaccin hiertegen veel problemen kan voorkomen.
Ouders kiezen vaak nog voor een inenting tegen polio, kinkhoest of mazelen. Zij beseffen zich dat een kind daar levensbedreigend ziek van kan worden, maar minder bang zijn ze voor een infectie die kan leiden tot baarmoederhalskanker. Ook horen ouders regelmatig over de bijwerkingen van de hpv-prik. Meisjes zouden hier ernstige gezondheidsklachten aan overhouden. Het RIVM laat weten dat deze prik geen gevaar vormt.
Door: Redactie Nationale Zorggids
