Regio Haaglanden stelt grenzen aan winsten jeugdhulpaanbieders

De tien gemeenten in de regio Haaglanden gaan vanaf dit jaar grenzen stellen aan de winsten van aanbieders van jeugdhulp. Dit omdat zij vinden dat zorggeld ook echt naar de zorg moet gaan. Den  Haag, centrumgemeente in de H10, is de eerste grote stad die dit doet en contractueel met aanbieders vastlegt. Dit meldt de gemeente Den Haag.

Den Haag, Delft, Leidschendam-Voorburg, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Voorschoten, Wassenaar, Westland en Zoetermeer vormen de H10-gemeenten. Inmiddels hebben de gemeenteraden allemaal de Regiovisie Jeugdzorg Haaglanden 2021-2026 vastgesteld. Die Regiovisie markeert een volgende fase in de transformatie van de jeugdzorg, die sinds de decentralisatie van 2015 een verantwoordelijkheid van gemeenten is.

Winst gemaximeerd

De H10-regio maximeert de winstgevendheid nu op 5 procent, mede omdat de winst in de jeugdhulp gerealiseerd wordt met publiek geld en bovendien in een sector waar de steeds maar groeiende vraag getuigt van een beperkt ondernemersrisico. Maakt een aanbieder toch meer dan 5 procent winst (bij de laagst mogelijke overheadkosten), dan moet het meerdere aantoonbaar in de kwaliteit van de jeugdhulp worden geïnvesteerd.

Er zijn 183 jeugdhulp-aanbieders gecontracteerd in de H10-regio. In 2020 bleken 26 aanbieders binnen de regio meer dan 5 procent rendement te hebben gerealiseerd; het bedrag boven de 5 procent was toen 1,6 miljoen euro.

Door: Nationale Zorggids