Minder kans op wiegendood bij minstens twee maanden borstvoeding
Moeders die hun pasgeboren kind ten minste twee maanden (gedeeltelijk) borstvoeding geven verkleinen daarmee de kans op wiegendood. Dit hebben onderzoekers van de University of Virginia School of Medicine aangetoond, waarbij ook rekening is gehouden met baby’s die deels worden bijgevoed met flesvoeding. De kans op overlijden van het kind tijdens de slaap kan verminderen met 50 procent. Dit meldt Vakblad Vroeg.
De onderzoekers analyseerden acht grote onderzoeken waarbij 2.259 gevallen van wiegendood en 6.894 controlekinderen onderzocht werden. Hoe langer de baby borstvoeding kreeg, hoe kleiner de kans op wiegendood werd. Hierbij werd minimaal twee maanden borstvoeding vastgesteld als grenswaarde, waarbij minder dan twee maanden geen significante afname van het risico op wiegendood opleverde.
“De andere belangrijke bevinding uit ons onderzoek is dat elke hoeveelheid borstvoeding het risico op wiegendood verminderd”, aldus onderzoeker Fern Hauck van de UVA School of Medicine in Virginia. “Zowel gedeeltelijke als uitsluitend borstvoeging geven lijkt hetzelfde voordeel te bieden.” De onderzoekers zijn blij een bijdrage te hebben geleverd aan het aantonen van het belang van borstvoeding op de kans op wiegendood.
In Nederland overlijden jaarlijks ongeveer 5 tot 15 baby’s door wiegendood. Dit ligt ver onder het gemiddelde sterftecijfer in andere landen. Deskundigen noemen verschillende oorzaken voor wiegendood, waaronder de positie waarin de baby slaapt, of het kind bij de ouders op de kamer slaapt en of er gebruik wordt gemaakt van inbakeren.
Door: Redactie Nationale Zorggids
