Normal_foetus_amniotic_sac

Artsen van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) hebben een jaar geleden een succesvolle dotterbehandeling uitgevoerd op een foetus van 23 weken oud. De linker hartkamer van de foetus groeide onvoldoende door een verkleefde hartklep. Niet eerder werd in Nederland met succes een hartoperatie uitgevoerd bij een ongeboren kindje. Dit meldt Volkskrant.

Bij een echoscopie tijdens de zwangerschap werd het zogeheten 'hypoplastisch linkerhartsyndroom' bij de foetus ontdekt. Een vernauwing ter hoogte van de aortaklep hinderde de groei van de linkerkamer van het hartje. De linkerkamer moet zuurstofrijk bloed door het lichaam pompen. Kinderen met een dergelijke hartafwijking hebben vaak veel gezondheidsklachten. Dertig tot veertig procent overlijdt voor de twintigste verjaardag. 
 
De artsen en ouders besloten het kindje in de baarmoeder te opereren om de linkerkamer van het hartje te redden. De dotterbehandeling moest uitgevoerd worden op zeer kleine schaal. Het hart van een foetus van 23 weken is zo groot als een olijf, de aorta zo dun als een sliert spaghetti. Een arts bracht met een naald een ballonnetje in die kort werd opgeblazen en daarmee de verkleefde aortaklep openduwde. 
 
Het kindje, een jongetje van inmiddels zeven maanden oud, maakt het goed. Het nieuws is nu pas bekend gemaakt omdat artsen en ouders eerst wilden afwachten hoe het hartje zich zou ontwikkelen. Na zijn geboorte moest het jongetje nog twee operaties ondergaan en zal in de toekomst waarschijnlijk nog een keer een nieuwe hartklep nodig hebben. 
 
De uit Amerika afkomstige behandeling zou jaarlijks vijf tot tien baby's in Nederland kunnen helpen maar de kans op succes is niet gegarandeerd. Twee andere foetussen die in Leiden dezelfde operatie ondergingen, overleden in de baarmoeder door complicaties.
 
© Nationale Zorggids