Normal_candle-g7ff79c0b7_1280

In Nederlandse asielzoekerscentra worden veel baby’s geboren. Het geboortecijfer daar ligt twee keer zo hoog als het gemiddelde in Nederland. Bijna 2.700 van de 30.200 vrouwen die tussen 2016 en 2020 in een opvangcentrum zaten, kregen er een kindje. In Ter Apel ligt het sterftecijfer zeven keer hoger dan het sterftecijfer onder baby’s buiten azc’s in Noord-Nederland. Dit meldt NRC.

De Nederlandse geboortezorg is ingericht op de behoeften van de witte Nederlandse vrouw en niet op die van zwangere asielzoekers. Verloskundigen die zorg verlenen in azc’s hebben daar een veel hogere werkdruk dan ze bij Nederlandse vrouwen hebben, mede door de taalbarrière of problemen met het Nederlands zorgstelsel. Vrouwen in azc’s hebben vaak nog veel meer zorgen dan alleen de zorgen over de baby.

Overplaatsingen

Uit onderzoek blijkt ook dat asielzoekers tijdens hun zwangerschap minimaal twee keer een overplaatsing meemaken. In extreme gevallen moeten vrouwen zelfs zeven keer naar een andere opvanglocatie. De enige momenten dat een zwangere asielzoeker niet verhuisd mag worden is zes weken voor de uitgerekende datum en de zes weken nadat het kindje geboren is. Als het aan verloskundige Rebecca Nott ligt, komt er een kraamhotel op het terrein van onder meer Ter Apel. “Een plek voor zwangeren en net bevallen moeders. Waar ze zelf kunnen koken en eten, waar e niet hoeven terug te vallen op brood of maaltijden die ze niet kennen.”

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky