
Weeënremmers hebben na 30 weken geen positieve of negatieve invloed op baby
Het standaard gebruik van weeënremmers na 30 weken zwangerschap heeft geen bewezen voordelen voor de gezondheid van de baby. Dit blijkt uit een grootschalig onderzoek van Amsterdam UMC, gepubliceerd in The Lancet. De resultaten tonen aan dat het uitstellen van de bevalling met medicatie geen positieve – maar ook geen negatieve – invloed heeft op de baby. Dit meldt Amsterdam UMC.
Wereldwijd eindigt 10 procent van de zwangerschappen in een vroeggeboorte. Baby’s die te vroeg worden geboren, lopen een groter risico op sterfte en ernstige gezondheidsproblemen. Om die reden krijgen vrouwen met een dreigende vroeggeboorte tussen de 24 en 34 weken standaard weeënremmers. De gedachte hierachter is dat extra tijd in de baarmoeder de ontwikkeling van de baby bevordert. Ook moet het de kans op gezondheidsproblemen terugdringen.
Tot nu toe was er echter geen wetenschappelijk bewijs dat verlenging van de zwangerschap met de remmers na 30 weken daadwerkelijk gunstig is. In landen als Canada en Ierland wordt het middel om die reden niet standaard ingezet bij dreigende vroeggeboorte na deze termijn.
Geen enkel verschil
Het onderzoek, gefinancierd door ZonMw, werd uitgevoerd in 24 Nederlandse ziekenhuizen en twee ziekenhuizen in Engeland en Ierland. 755 vrouwen met een dreigende vroeggeboorte tussen de 30 en 34 weken deden mee. De helft kreeg weeënremmers, de andere helft een placebo.
Uit de resultaten blijkt dat er geen enkel verschil is in de gezondheid van de baby’s. “Dit is wereldwijd het grootste placebo-gecontroleerde onderzoek naar het effect van weeënremmers op de gezondheid van de baby” zegt arts-onderzoeker Larissa van der Windt. “In de resultaten zagen we geen enkel verschil voor de gezondheid van de baby – niet in het voordeel en niet in het nadeel.”
Tijd voor herziening
Volgens hoogleraar Verloskunde Martijn Oudijk is het tijd om de medische richtlijnen aan te passen. “Vroeggeboorte heeft vaak een medische oorzaak, zoals een infectie of problemen met de placenta, waarbij langer in de baarmoeder blijven juist schadelijk kan zijn. Het is hoog tijd dat ook wij in Nederland met andere landen gaan werken aan een aanpassing van de (inter-)nationale richtlijnen.”