Lager dan aanbevolen bloeddrukdoel verlaagt risico op hart- en vaatziekten
Patiënten met een verhoogde bloeddruk kunnen gezondheidswinst behalen door hun bloeddruk verder te verlagen dan momenteel wordt aanbevolen in de richtlijnen. Uit een internationale analyse blijkt dat een lagere streefwaarde gepaard gaat met een daling van het aantal hartinfarcten en beroertes, ondanks een toename van bijwerkingen. Dit meldt de Volkskrant.
De huidige richtlijn in Nederland adviseert om de bovendruk (systolische bloeddruk) te verlagen tot onder de 140 mmHg. Tot nu toe werd een lagere waarde doorgaans niet nagestreefd, onder andere vanwege het risico op bijwerkingen zoals duizeligheid, flauwvallen of nierproblemen.
Vergelijking van behandelstrategieën
Uit gegevens van ruim 80.000 patiënten blijkt dat intensievere bloeddrukbehandeling leidt tot een aanzienlijke daling van het aantal cardiovasculaire incidenten. In de onderzochte groep werd bij een deel van de patiënten gestreefd naar een verlaging van 10 tot 20 mmHg extra ten opzichte van de standaardbehandeling. Deze aanpak resulteerde in een lager aantal gevallen van beroertes, hartinfarcten en hartfalen.
Afweging tussen effectiviteit en bijwerkingen
Hoewel de intensieve behandeling tot een hoger aantal bijwerkingen leidde, zoals medicatiegerelateerde klachten, werd dit op groepsniveau gecompenseerd door het lagere aantal ernstige hart- en vaatziekten. Voor specifieke patiëntengroepen, zoals vrouwen, bleek het effect van de verlaging relatief groter. Bij oudere patiënten zonder aanvullende risicofactoren was het voordeel juist beperkt.
Richtlijnmogelijkheden en individuele afweging
De huidige Nederlandse richtlijn kent enige flexibiliteit. Als patiënten geen hinder ondervinden van de medicatie, kan de bloeddruk ook worden verlaagd tot onder de 130 mmHg. Voor een meer gepersonaliseerde benadering zijn modellen beschikbaar die artsen kunnen ondersteunen bij het inschatten van het effect van behandeling op individueel niveau. Deze modellen houden nog geen rekening met de kans op bijwerkingen, wat volgens betrokken deskundigen een aandachtspunt is voor toekomstige ontwikkeling.
