Sluiting van een verzorgingshuis heeft niet alleen gevolgen voor de bewoners van het huis, maar ook voor duizenden omwonenden die gebruik maken van de faciliteiten van het verzorgingshuis, zoals het restaurant of sociale activiteiten. Actiz vindt het daarom van groot belang dat woonzorgcentra open blijven.

Uit de enquête blijkt dat driekwart van de zorgorganisaties die een locatie moet sluiten alternatieven heeft onderzocht, zoals particuliere verhuur van woningen of het opnemen van bewoners met een zwaardere zorgvraag. In een derde van de gevallen lukt het niet om de financiering voor de alternatieve oplossingen rond te krijgen, waardoor zorgorganisaties geen andere optie hebben dan een locatie te sluiten.

Ondanks dat mensen langer zelfstandig blijven wonen, zal de vraag naar beschermde woonruimte niet dalen. Deels door de vergrijzing komen er steeds meer mensen bij met een zwaardere zorgvraag. Daarnaast zijn er ook mensen met een lichtere zorgvraag die toch in een beschermde omgeving willen wonen, ook als zij daarvoor zelf huur moeten betalen. Die woonruimte moet er dan wel zijn, en hierin heeft de overheid volgens Actiz een rol. De regels voor het verhuren van woningen in een verzorgingshuis moeten worden aangepast zodat dit dit makkelijker wordt. 

Aad Koster, directeur van Actiz: 'Het klinkt misschien tegenstrijdig, maar het woonzorgcentrum is nodig zodat duizenden mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen.' Volgens Koster ontstaat door de sluitingsgolf een beweging die precies tegengesteld is aan het beoogde resultaat: mensen zullen eerder zwaardere hulp nodig hebben en een groter beroep doen op de professionele betaalde zorg.

© Nationale Zorggids