Normal_alzheimer_dementie

Na de diagnose dementie weten veel mensen niet meer wat ze met hun leven aan moeten. De situatie is dusdanig onzeker en heeft veel gevolgen voor diverse relaties in iemands leven. Psychosociale interventies kunnen een grote bijdrage leveren aan de kwaliteit van leven en leveren een besparing op in de zorgkosten, stelt hoogleraar langdurige zorg Anne-Mei The. Dat meldt Zorgvisie. 

In de huidige diagnosegesprekken wordt vaak aangegeven dat een arts niets voor de patiënt kan doen. Volgens hoogleraar The kan dat anders. Zij heeft samen met de Kwadrant Groep de ‘Social Benadering Dementie’ ontwikkeld, waarbij aandacht is voor de problemen, behoeften, verlangens en wensen van mensen met dementie die nog thuiswonen. En dat is nodig want zij vallen vaak in een zwart gat. Ze hebben veel vragen en de gevolgen van dementie op sociale relaties zijn groot.

“Mensen met dementie hebben grote psychosociale noden, maar er is nauwelijks ondersteuning voor ze als ze thuis wonen. Onder ‘echte dementiezorg’ wordt medische en ADL-zorg verstaan, hulp bij wassen en plassen”, zegt The. In de Proeftuin Dementie Friesland wordt momenteel de benadering van The toegepast. Diagnosegesprekken worden hier op een positievere manier gevoerd. Er wordt perspectief, hoop en zingeving geboden. De gesprekken moeten laten zien dat iemand met dementie ook de moeite waard is. Daarbij zijn er diverse interventies waarbij contact met lotgenoten, psychosociale therapie en educatie centraal staan. Voor dergelijke psychosociale interventies is nog geen bekostigingsmodel vastgesteld. Dat is de taak van gemeenten, maar ondersteuning voor mensen met dementie en hun mantelzorgers staat bij hen niet bovenaan op de takenlijst. De proeftuinen staan ook voor samenwerking. Gemeenten en verzekeraars pogen creatieve financiële oplossingen te vinden.

Een belangrijk persoon in het leven van een dementerende is de mantelzorger. “Mantelzorgers leveren die zorg uit pure altruïsme. Daarmee besparen ze de samenleving heel veel geld”, aldus The. Toch biedt de overheid ze vaak geen ondersteuning. Vreemd, vindt The, want de overheid zet zich in voor participatie. Voor mantelzorgers zou het ook goed zijn als zij psychosociale ondersteuning kregen. Het bespaart zorgkosten en zorgt er tevens voor dat ze het langer volhouden. Daarbij blijkt uit het onderzoek van The dat mensen met dementie dankzij een mantelzorger minder vaak naar de arts gaan, ze zijn minder depressief en worden later opgenomen in een verpleeghuis.

© Nationale Zorggids