Ouderenorganisatie ANBO snapt waarom ActiZ vorige week kritiek uitte op de zorgverzekeraars. De zorgverzekeraars willen dat zorgaanbieders die het budgetplafond voor wijkverpleging hebben overschreden het geld terugbetalen. Het gaat om een bedrag van ongeveer 51 miljoen euro. ANBO vindt dat hierdoor de continuïteit van zorg in het geding komt. Daarbij wordt de keuzevrijheid van de klant flink ondermijnd. Dat meldt ANBO.
Zorgverzekeraars en zorgaanbieders van wijkverpleging hebben gezamenlijk een budgetplafond afgesproken. Een zorgorganisatie mag dus niet meer zorg leveren dan vooraf is ingeschat. De valkuil hierin is echter dat wijkverpleging via de Zorgverzekeringswet wordt geregeld waarbij cliënten keuzevrijheid hebben. Dat zij zelf voor een zorgaanbieder mogen kiezen, kan ertoe leiden dat de ene zorgaanbieder onderbesteding heeft en de andere juist overbesteding. ANBO vindt dat de zorgverzekeraars het budget hadden moeten herverdelen en indien nodig uitbreiden, maar nu moeten de zorgaanbieders die het budget hebben overschreden het geld terugbetalen.
Mensen moeten tegenwoordig steeds langer zelfstandig thuis wonen, daarvoor is wijkverpleegkundige zorg nodig. ANBO-directeur Liane den Haan vindt het dan ook niet vreemd dat zorgaanbieders soms meer hebben moeten uitgeven, aangezien zij ook een zorgplicht voelen.
Dat ActiZ en Zorgverzekeraars Nederland het niet over eens kunnen worden kan leiden tot discussies en misschien wel rechtszaken, denkt ANBO. “De wijkverpleging redt het niet zonder financiële middelen, laat staan wanneer ze miljoenen terug moeten betalen aan zorgverzekeraars. Wat ANBO betreft gijzelen zorgverzekeraars hiermee het beleid van langer zelfstandig wonen”, aldus Den Haan.
Door: Redactie Nationale Zorggids
