Vanaf 1988 mediteerde ik zeven jaar bij de Brahma Kumaris en dat deed me heel erg goed. Elke dag om vier uur stond ik op voor de eerste meditatie en dan om half zes fietsen naar de Brahma Kumaris langs de Prinsengracht in Amsterdam. De stad stil, weinig auto's, merels floten en ik wist precies: bij de Leidsegracht bij Casu Peru, het restaurant met het zonneteken, kwam net de zon tussen de huizen op en daar bleef ik even stil staan. Dan verder naar de Haarlemmerstraat waar het centrum van de Brahma Kumaris is om daar weer te mediteren en een wijze les ontvangen. Dan fietste ik verfrist weer naar huis. Het was een mooie tijd.
 

Eén van de lessen ging over angst. Er werd gezegd: "Angst hoeft niet meer!" Het dreunde door mijn hoofd en buik en hart. Soms hoor je wijze lessen en dan denk je: tja, er zit wat in... maar dit keer kwam het recht naar binnen en een ton gewicht viel van me af. Waarom het dit keer wel binnenkwam? Soms zijn er momenten die niet te verklaren zijn. Ik wist dat het waar was: "Angst hoeft niet meer!"

Ik was altijd wel ergens bang voor... of iemand boos op me was, of ik was bezorgd over geld of over werk. Het was al een stuk minder dan vroeger maar toch... elke dag was er wel een kleine angst hier of daar. Dan schoot het even door me heen. Deze zin na de meditatie heeft me jaren van angstloos leven bezorgd. Wat een vrijheid. Heb er met volle teugen van genoten en ja de laatste jaren sloop er wel weer eens wat in. Niet te vergelijken met vroeger en maar heel af en toe: is er genoeg werk? Of in de auto als iemand me snijdt. Dat soort zaken... Maar nu kan ik het wel snel weer loslaten omdat ik weet: Angst hoeft niet meer!

Een paar jaar geleden fietste ik in Frankrijk en ik voelde me heerlijk jong... heuvel op heuvel af. Ik zwaaide naar mensen in een dorpje en vloog van de heuvel naar beneden. De wind suisde door mijn haar en ik voelde me zeer gelukkig... ik zag een hoopje grind in de verte en dacht... hup om dat hoopje heen. Maar doordat ik zo gefocust op dat hoopje was schoof ik erover heen, remde hard en vloog met mijn blote armen en benen meters door het grind. Wekenlang lag ik met ontstoken armen en benen in bed. Mijn geliefde verzorgde me elke dag liefdevol, maar daarna fietste ik niet meer in de heuvels. Ik ervoer geen angst om te vallen omdat ik niet fietste, heel eenvoudig.

Een tijdje geleden begon ik weer te fietsen in Frankrijk en eergisteren fietsten we drie kwartier heuvel opwaarts naar een mooi dorpje. Mijn vriendin was binnen vijf minuten weer beneden. Ze geniet er met volle teugen van en het kan haar niet snel genoeg gaan. Ik was constant aan het remmen en ineens ervoer ik een verlammende angst... het was erger dan ik in al die jaren had meegemaakt en ik herkende het van vroeger. Adem dicht... hart keihard bonkend en ondertussen razendsnel allerlei scenario's in mijn hoofd, niet alleen van mijn val maar ook van die van mijn geliefde. Het werd zo erg dat ik opeens dacht: 'laat ik maar vallen' want dat is minder erg dan de angst.

Tegelijkertijd keek ik vanuit een dieper bewustzijn naar wat ik aan het doen was en hoe ik me voelde: 'Hé, wat interessant: ik heb een angstaanval... daar kan ik straks mooi over schrijven en het is goed om weer eens te ervaren omdat ik dan weet wat anderen ervaren... nu knijp ik mijn adem dicht... en nu gaat mijn hart tekeer... en nu heb ik de neiging om op te geven om de angst niet te voelen...' Daar binnen in mijn observatie was geen angst, alleen interesse en gadeslaan. Ik moest denken aan Jan van Delden, een verlichte man, die zei: "Ik was vroeger bang voor honden en ik ben nog steeds bang voor honden maar nu vind ik het niet meer erg." Opgetogen kwam ik thuis vol inspiratie over mijn angstaanval.

De volgende dag fietste ik weer dezelfde route. Ik was nieuwsgierig naar de angst om er over te kunnen schrijven en: het kwam niet... frank en vrij suisde ik naar beneden. Ik was bijna teleurgesteld dat ik niet even goed kon ervaren hoe de angst door mijn lijf kroop... "Angst hoeft niet meer..."

Tip: Observeer je angst. Kijk precies wat het met je doet. Wat doet het met je lijf? Waar zit je adem? Wat denk je nu? Wat voel je nu? Hoe klopt je hart? Bedenk hoe interessant dit fenomeen is en zeg tegen jezelf: wat een kans: nu kan ik eens goed observeren wat het is om bang te zijn. Het geeft niet dat ik angst heb.

© Nationale Zorggids / Marja Ruijterman