Nieuw programma ouderenzorg: meer digitaal, meer thuis en meer eigen regie

De manier waarop we in Nederland oudere mensen verzorgen en ondersteunen moet snel veranderen. Daar zijn de verschillende partijen in de ouderenzorgsector het over eens. Vandaag klinkt daarom het startschot voor het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO). Het programma WOZO bestaat uit verschillende maatregelen, initiatieven en projecten om ervoor te zorgen dat de ouderenzorg ook in de toekomst blijft passen bij wat ouderen willen. En om ervoor te zorgen dat, gezien de grote schaarste aan personeel en de stijgende zorgvraag, de ouderenzorg ook in de toekomst goed georganiseerd kan worden. Om die transformatie te ondersteunen, trekt het kabinet ruim 770 miljoen euro uit. Minister Helder voor Langdurige Zorg en Sport stuurt hier vandaag een brief over aan de Tweede Kamer. Dat meldt Rijksoverheid. 

De ouderenzorg moet anders georganiseerd worden, vinden de verschillende partijen in de ouderenzorg. Ouderen van nu zijn vitaler en leven langer, ook met chronische ziekten. Zij willen en kunnen langer zelfstandig zijn dan de ouderen van een generatie geleden. Zij willen meer regie houden op hun leven en als zij zorg nodig hebben, willen zij dat de zorg niet hun leven bepaalt, maar dat zorg hen ondersteunt om hun eigen dingen te blijven doen.

Bovendien is de verwachting dat door de vergrijzing de komende jaren steeds meer mensen een beroep zullen gaan doen op ouderenzorg. Tegelijkertijd zal het aantal mensen dat werkt in de zorg en het aantal mantelzorgers niet in dezelfde mate toenemen. Dat betekent dat als we de ouderenzorg blijven houden als het is, sommige mensen niet de zorg krijgen die ze nodig hebben. Daarom moet de zorg anders georganiseerd worden.

Nieuwe norm

Met het WOZO-programma leggen de verschillende partijen uit de ouderenzorgsector een nieuwe norm vast: zelf als het kan, thuis als het kan en digitaal als het kan. De partijen in de ouderenzorg werken toe naar ouderenzorg en – ondersteuning waarbij ouderen zo veel mogelijk zelfredzaam zijn door zo nodig (opnieuw) aanleren van vaardigheden, fit blijven, hulpmiddelen gebruiken en hulp uit de omgeving.

Ook wordt het uitgangspunt dat zorg digitaal wordt geleverd als dat kan. Of het nu gaat om beeldbellen met de wijkverpleegkundige, een robotje dat je met een stem herinnert aan het innemen van medicatie of een sensor die de verpleegkundige alarmeert als je bent gevallen; innovatie kan de kwaliteit van zorg verhogen en zorgverleners ontlasten.

En tot slot is het uitgangspunt om thuis te wonen, tenzij dat niet meer kan. Daarvoor moeten er geschikte woningen voor ouderen beschikbaar komen en moet er goede, passende zorg aan huis geleverd worden. Het doel van het WOZO-programma is om de komende jaren een verandering op gang te brengen waardoor deze nieuwe norm in heel Nederland werkelijkheid wordt.

Financiële impuls

Het WOZO-programma bevat ruim 770 miljoen euro om in de komende vijf jaar investeringen te doen waarmee ouderen langer thuis kunnen blijven wonen, langer zelfredzaam blijven en meer gebruik kunnen maken van technologische innovatie. Dat geld wordt onder andere besteed om geschikte woningen voor ouderen te realiseren waar zij ook zorg kunnen ontvangen en om de zorg en ondersteuning in de wijk te versterken. Hier bovenop heeft het kabinet nog meer geld gereserveerd om de transitie in de ouderenzorg te ondersteunen, en zal op een later moment beslissen hoe dat geld het beste kan worden ingezet.

Tegelijkertijd betekent het anders organiseren van de zorg ook dat de ouderenzorg minder arbeidsintensief wordt en dus ook minder zal kosten. Maar per saldo is er de komende jaren meer beschikbaar voor ouderenzorg. Zo geven we in 2022 15,6 miljard euro uit aan ouderenzorg, en zal dat in 2026 17,2 miljard euro zijn.

Subsidieregelingen, coaches en extra woningen

Nu het programma van start is, werkt het ministerie samen met de partners de verschillende maatregelen en initiatieven uit die onder het programma vallen. Zo komt er een subsidieregeling om woningen te realiseren waar ouderen en jongeren samenwonen, zogenaamd intergenerationeel wonen. Ook komen er coaches die zorginstellingen helpen om technologische innovaties goed in te zetten en op te schalen binnen hun organisatie en een subsidieregeling voor de inzet van gezondheidstechnologie thuis.

Samen met de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening is het doel om tot en met 2030 speciaal voor ouderen 170.000 nultredenwoningen en 80.000 geclusterde woningen te bouwen of te verbouwen, als onderdeel van de totale nieuwbouwopgave in het programma Woningbouw. Ook wil minister Helder 50.000 woningen voor ouderen met een meer intensieve zorgvraag realiseren. Het kan zijn dat er een overlap bestaat tussen deze categorieën. Minister Helder werkt deze plannen samen met minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening de komende maanden uit. Voor mensen die zijn aangewezen op het verpleeghuis, moeten er voldoende plekken zijn in het verpleeghuis. Verder wil het WOZO-programma verschillende regels en afspraken aanpassen om ervoor te zorgen dat zorg zo goed mogelijk thuis kan worden georganiseerd, en worden er communicatieactiviteiten ontwikkeld om ouderen te helpen zich voorbereiden op ouder worden. Voor alle acties die onder het programma vallen, zie de brief die hierover naar de Kamer is gestuurd. 

Door: Nationale Zorggids