‘Investeer meer in extra ondersteuning voor thuiswonende ouderen’

Ouderen met een indicatie voor verpleging en verzorging hebben lang niet altijd verpleeghuiszorg nodig. Hierdoor moeten de meest kwetsbare ouderen vaak te lang wachten op een verpleeghuisbed. Zorginstituut Nederland vindt het belangrijk dat er een beter onderscheid wordt gemaakt tussen de meest kwetsbare ouderen voor wie het verpleeghuis bedoeld is en ouderen die bijvoorbeeld met zorg thuis uit kunnen of in een beschutte woonvorm kunnen wonen. Wel zijn hiervoor extra ondersteuningsmogelijkheden nodig, zoals dagbesteding voor thuiswonende ouderen en alternatieve woonvormen, met zorg en ondersteuning. Dit meldt Zorginstituut Nederland.

Ruim 22.000 ouderen wachtten in 2023 op een plek in het verpleeghuis. Het zorginstituut acht het noodzakelijk om afwegingen te maken welke vorm van zorg het meest passend is en voor wie. Dit moeten verpleeghuizen toegankelijkheden voor de meest kwetsbare ouderen. Maar hoe doe je dat? Het ministerie van Volksgezondheid legde deze vraag bij Zorginstituut Nederland neer. Iemands behoefte aan verpleeghuiszorg hangt onder meer af van diens sociale situatie en netwerk, maar ook van de zorgbehoefte van de oudere.

Alle ouderen met VV-indicatie hebben nu recht op verpleeghuiszorg

Volgens de huidige wetgeving hebben mensen met een indicatie voor verpleging en verzorging recht op verblijf in een verpleeghuis, terwijl dat lang niet voor alle ouderen de beste plek is. Welke plek wel geschikt is hangt dus af van de zorgbehoefte en sociale situatie. “Deze factoren moeten in onderling samenhang worden afgewogen, maar op dit moment is daarvoor nog geen formeel afwegingskader”, aldus het Zorginstituut.

Zorgprofielen VV

In de ouderenzorg zijn er zorgprofielen verpleging en verzorging 4 tot en met 9. Mensen met zorgprofiel 4 VV kunnen nog zelfstandig wonen of beschut wonen, bijvoorbeeld in geclusterde woningen. Is er een zorgprofiel 7,8 of 9 geïndiceerd, dan is er verzorging en verpleging in een verpleeghuis nodig. Dit is ongeveer 10 procent van alle kwetsbare ouderen in de Wlz. Ruim 70 procent heeft een indicatie 5 of 6 en lijkt dus een beetje tussen wal en schip te vallen. Binnen deze groep zijn de grootste verschillen in zorgbehoefte zichtbaar, waardoor een deel goed thuis kan blijven wonen en een ander deel meer baat heeft bij beschut wonen. In sommige gevallen is binnen deze groep ook verpleeghuiszorg nodig.

Formeel afwegingskader

Een scherp onderscheid maken voor wie wél en voor wie níet verpleeghuiszorg nodig heeft, is volgens het Zorginstituut niet mogelijk. Zorgbehoeften en persoonlijke situaties verschillen op individueel niveau, waardoor die afweging op persoonsniveau gemaakt moet worden. Om een duidelijker onderscheid te kunnen maken, moet een formeel afwegingskader komen, moet de Wlz gewijzigd worden omdat iedereen met een VV-indicatie nu recht heeft op verblijf en is het nodig om te investeren in alternatieve opvang en woonvormen voor ouderen die (nog) niet naar het verpleeghuis  hoeven.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky