Normal_rolstoel__3_

Begin januari kwam via media aan het licht dat geld uit de Wet langdurige zorg (Wlz) oneigenlijk wordt besteed. Gemeentelijke kortingen op sociale activiteiten worden vaak noodgedwongen door zorgaanbieders met Wlz-geld opgevangen. “De staatssecretaris moet dit oneigenlijk gebruik voorkomen”, schrijven Ieder(in), Patiëntenfederatie Nederland, PerSaldo, KBO-PCOB en KansPlus in een brief aan de Tweede Kamer. Dat meldt Ieder(in).

Als het Wlz-geld wordt gebruikt op andere terreinen leidt dat onvermijdelijk tot verschraling van de hulp aan de groep die die hulp hard nodig heeft. “Wlz-geld moet echt worden ingezet voor mensen die complexe en langdurige zorg nodig hebben, niet voor allerlei andere sociale activiteiten”, aldus de brief. Het schuiven met het geld uit de Wlz is wrang omdat veel gemeenten geld uit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) op de plank laten liggen. Dat Wmo-geld is juist bedoeld voor zorg en ondersteuning in het sociaal domein.

De organisaties pleiten in de brief voor een onafhankelijk onderzoek naar de geldstromen in de Wlz, Wmo en het sociaal domein. Ook moeten gemeenten het Wmo-budget gebruiken gewoon inzetten voor het sociaal domein zodat in iedere gemeente een basisniveau aan zorg en ondersteuning beschikbaar komt.

De vaste Kamercommissie van VWS bespreekt woensdag 1 februari de Wmo en de decentralisatie van de zorg. In de brief spreken de organisaties ook hun grote zorgen uit over het gebrek aan passende zorg en ondersteuning. De Wmo werkt niet goed genoeg, concluderen de organisaties. Vooral mensen met een complexe zorgvraag krijgen niet de passende zorg en ondersteuning die nodig is om mee te kunnen doen in de maatschappij.

Om de decentralisatie en de Wmo beter te laten werken, moeten mensen met een beperking of chronische aandoening genoeg zeggenschap hebben. Uit onderzoek van de PG-organisaties blijkt dat negen op de tien mensen willen meepraten over hun zorg. Slechts twee op de tien mensen krijgen die mogelijkheid. “Bij gemeenten moeten goed toegeruste belangenbehartigers beschikbaar zijn. Mensen moeten nu echt veel meer bij het beleid en de uitvoering betrokken worden.”

Door: Redactie Nationale Zorggids