Aantal wachtenden ggz licht gedaald, wachttijd is langer

De wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg (ggz) blijven lang en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) vindt dit zorgelijk. Volgens de meest recente cijfers zijn er iets minder wachtenden in de ggz, maar zijn de wachttijden wel langer. Het aantal verwijzingen naar de ggz ligt al langere tijd hoger dan voor de coronapandemie. Op dit moment wachten 80.000 mensen op een aanmeldgesprek of een behandeling in de ggz, dit is een lichte daling vergeleken met begin dit jaar toen er 84.000 personen wachtten. Problematisch is vooral dat iets meer dan de helft van alle wachtenden, bijna 42.000, langer wacht dan de afgesproken norm van 14 weken. De wachttijden zijn op dit moment in veel gevallen langer dan in het begin van dit jaar. Dat meldt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). 

Eerder dit jaar hebben drie sluitingen van specialistische ggz-afdelingen kort na elkaar voor maatschappelijke onrust gezorgd. De minister van Volksgezondheid, Wetenschap en Sport (VWS) heeft de NZa gevraagd om te onderzoeken of de drie casussen met elkaar in verband staan. De NZa constateert dat dit niet geval is.

In twee van de drie gevallen waren de zorgverzekeraars vooraf door de zorgaanbieders geïnformeerd. De zorgverzekeraars hebben aan hun zorgplicht voldaan door vast te stellen dat voor de betrokken patiënten alternatieve zorg werd geregeld. In het derde geval werden de zorgverzekeraars overvallen door het besluit van de zorgaanbieder. Maar ook daar zijn de patiënten van wie de zorg gestaakt werd op tijd ergens anders in zorg genomen. Hoewel in deze drie gevallen de zorgplicht niet is geschonden, vinden we dat zorgverzekeraars soms actiever kunnen optreden als bepaalde zorg stopt of wordt afgebouwd. Verzekeraars moeten bij sluitingen ook uit zichzelf nagaan of de vervangende zorg voor hun patiënten goed geregeld is, niet pas als ze daarop worden bevraagd door de toezichthouder.

Inzicht

Wij dringen erop aan dat zorgverzekeraars, zorgaanbieders en gemeenten afspraken maken, en die ook vastleggen, om mensen met complexe psychische problemen tijdig passende zorg te bieden. Volgens de NZa ligt er een taak bij de zorgverzekeraars om meer bekendheid te geven aan regionale transfermechanismen en het gebruik hiervan in alle relevante contracten op te nemen. De inzet van regionale transfermechanismen kan helpen om sneller tot passende zorg te komen. Daarnaast is het belangrijk om inzicht te hebben in wie er aan het wachten zijn. Uit onderzoek, in opdracht van de NZa, blijkt dat naar schatting één op de vijf wachtenden in de ggz voor dezelfde zorgvraag op meerdere wachtlijsten staat. Het loont dus als aanbieders hun wachtlijsten (periodiek) opschonen. Daarnaast is het belangrijk dat zij hun wachtenden, die te lang moeten wachten, actief wijzen op de mogelijkheid van zorgbemiddeling door de verzekeraar. De verzekeraar kan deze wachtenden mogelijk doorverwijzen naar een zorgaanbieder die wel plek heeft.

Keuzes

Het is belangrijk dat zorgaanbieders, zorgverzekeraars en vertegenwoordigers van patiënten het maatschappelijk debat aan gaan over wat passende ggz is. De zorgvraag stijgt de komende jaren, terwijl ook het personeelstekort oploopt. Dit zet de toegankelijkheid van de ggz verder onder druk en vraagt om maatschappelijke keuzes. Met elkaar moeten we in gesprek over vragen als voor wie de ggz eigenlijk bedoeld is, hoe we ervoor zorgen dat de benodigde zorg ook het meest passend is, welke rol de leefomgeving kan spelen bij het zorgen voor mentaal welzijn, wat de rol van het sociaal domein is, maar ook over hoe wij tegen lijden als onderdeel van het leven aankijken. Patiënten moeten er ondanks ingrijpende maatschappelijke ontwikkelingen op kunnen vertrouwen dat zij passende en tijdige zorg krijgen. Wij vinden het belangrijk dat we de afspraken hierover terugzien in de contractering tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars, maar ook in bijvoorbeeld het Integraal Zorgakkoord.

Door: Nationale Zorggids