Normal_normal_6820113185_e0d232579c_b

Loopstoelen lijken een uitkomst om kinderen te leren lopen. Echter kunnen dergelijke stoelen de motorische ontwikkeling van het kind vertragen en kunnen ze ongelukken veroorzaken. Kinderen krijgen met de loopstoel meer bewegingsvrijheid, maar ze hebben nog niet geleerd om met deze vrijheid om te gaan. Dat meldt VeiligheidNL.

Een loopstoel is een stoeltje met daaronder een frame met wieltjes. Het kindje zit in de stoel en de benen gaan via openingen naar de grond. Door met de voetjes af te zetten kan een kindje vrij rondrijden. Uit onderzoek van VeiligheidNL van een aantal jaar geleden bleek dat 16 procent van de autochtone ouders van 0-1 jarigen wel eens een loopstoeltje gebruikt. Van de allochtone ouders gaf een kwart van de ouders van 0-1 jarigen aan een loopstoeltje te gebruiken.

Volgens VeiligheidNL en de Consumentenbond is het een misvatting dat kinderen door het gebruik van een loopstoeltje sneller leren lopen. Het kan zelfs een vertraging in de loopontwikkeling veroorzaken. De verschillende stadia die kinderen moeten doorlopen om te leren lopen – liggen, rollen, zitten, kruipen en staan – zijn belangrijk om het evenwichtsgevoel te ontwikkelen. Ook is het essentieel om de spieren op een juiste manier te kunnen ontwikkelen en te leren aansturen.

Naast dat het gebruik van een loopstoeltje gevaarlijk is – kinderen kunnen dan namelijk snel onveilige plekken bereiken en bij hogere plekken komen – kunnen de kinderen ook een spitsvoetje ontwikkelen, omdat ze op hun tenen lopen. In het ergste geval verkorten de spieren zodanig dat er spalken aan te pas moeten komen om dit te verhelpen. Hetzelfde geldt volgens VeiligheidNL voor een bouncer, jumper of exerciser: tuigjes waarin je je baby vastzet en het kindje zich door de voetjes af te zetten tegen de grond springende bewegingen kan maken. VeiligheidNL en de Consumentenbond raden het gebruik van loopstoeltjes dan ook af. En adviseren als alternatief bijvoorbeeld een activity kleed en als ze iets groter zijn een duwkarretje waar ze achter kunnen lopen. 

Door: Redactie Nationale Zorggids