Normal_vaccineren_vaccinatie_hpv

In het voorjaar van 2015 kregen meisjes geboren in 2002 de uitnodiging voor hun HPV-vaccinaties. Na het laatste vaccinatieaanbod in 2016 is de eindstand van de opkomst van deze groep meisjes toegenomen tot 56 procent. Hiermee is de uiteindelijke opkomst 7 procent lager dan de bijna 63 procent van de meisjes geboren in 2001. Dat meldt het RIVM.

Per GGD-regio zijn er grote verschillen in opkomstpercentages. Deze percentages geven het aantal meisjes geboren in 2002 weer, die twee vaccinaties hebben gehad. GGD Gelderland-Zuid heeft met bijna 65 procent het hoogste opkomstpercentage. GGD Flevoland heeft met 41 procent het laagste opkomstpercentage.

De meisjes die in 2003 geboren zijn, kregen in het voorjaar van 2016 de eerste uitnodiging voor de HPV-vaccinatie. In het najaar 2016 kregen zij de tweede vaccinatie aangeboden. Het opkomstpercentage van deze groep meisjes staat tot nu toe op bijna 42 procent. Vergeleken met de tussenstand van het opkomstpercentage van vorig jaar, lijkt ook hier weer een daling van 6 procent in de opkomst te zien.

Vanaf de invoering is het opkomstpercentage voor HPV-vaccinatie veel lager dan bij andere vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma, maar er was sprake van een geleidelijke toename. De laatste twee jaren daalt de opkomst. De oorzaak van deze daling is onbekend, maar een verband met verschillende mediaberichten in deze periode over onder andere vermeende bijwerkingen door HPV-vaccinatie en mogelijke lijmresten in injectienaalden ligt voor de hand.

Door: Redactie Nationale Zorggids