Normal_pexels-lukas-296302

Vier sportbonden gaan samenwerken om kinderen meer en divers te laten bewegen. Jonge sporters moeten zich motorisch breed ontwikkelen. Er zijn naar schattig 600.000 kinderen die zich hebben aangesloten bij een sportvereniging onder de vlag van KNVB, KNHB, Nevobo of KNGU. Volgens bewegingswetenschapper Martine Hoofwijk worden kinderen die al heel jong aangesloten zijn bij een sportclub, te specialistisch opgeleid, waardoor de brede motorische basis ontbreekt die nodig is voor de algemene ontwikkeling. Dit heeft als gevolg dat ze later minder zullen sporten en bewegen. Dit meldt Trouw.

Hoofwijk ziet dat kinderen zich op steeds jongere leeftijd kunnen aansluiten bij een sportclub. Bij sommige voetbal- en hockeyverenigingen kunnen tweejarigen al terecht. Daarnaast worden die jonge kinderen vaak getraind door ouders, die dit vrijwillig doen en hier dus niet voor opgeleid zijn. De vier sportbonden komen daarom met verschillende motorische oefeningen, die de ouders kunnen gebruiken bij het begeleiden van de kinderen. Ook bieden ze opleidingen aan en geven ze tips om bij te dragen aan een breed motorische ontwikkeling van de jonge sporters.

Het project wordt gefinancierd door sportkoepel NOC-NSF. Volgens Hoofwijk zou voor kinderen onder de vijf jaar het nijntje Beweegdiploma van de KNGU de norm moeten worden. Het nijntje Beweegdiploma is een serie educatieve beweeglessen waarin kinderen alle essentiële basisvormen van bewegen leren. Ze hoopt dat deze vormen nu ook bij andere sportclubs worden aangeboden.
 

Door: Nationale Zorggids