Partijen willen meer onderzoek naar uithuisplaatsingen toeslagenkinderen

Het onderzoek naar uithuisplaatsingen van toeslagenkinderen moet worden uitgebreid, vinden de SP, DENK, PvdA, CDA, ChristenUnie en onafhankelijk Kamerlid Pieter Omtzigt. De partijen willen van het kabinet weten waarom eerder onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek zich slechts richtte op de jaren 2015-2020. In die periode werden volgens het CBS 1115 kinderen van gedupeerde toeslagenouders uit huis geplaatst.

De partijen denken dat het daadwerkelijke aantal mogelijk veel hoger ligt. Dat komt niet alleen door de beperkte periode die is onderzocht, maar ook doordat wellicht niet alle kinderen gedwongen uit huis zijn geplaatst. In dat geval gaat het om een 'vrijwillige uithuisplaatsing' en de indieners van de Kamervragen willen weten of deze ook zijn meegerekend.

De ondertekenaars van de Kamervragen vinden dat de overheid "een ereschuld" heeft naar de getroffen gezinnen en "alles in het werk" moet stellen om kinderen waar mogelijk weer veilig terug te laten keren naar hun gezin. Het kabinet moet volgens de partijen bovendien contact opnemen met de gezinnen om te kijken wat mogelijk is, en een speciaal telefoonnummer oprichten voor gedupeerden.

Tienduizenden ouders werden ten onrechte aangemerkt als fraudeur met de kinderopvangtoeslag. Zij moesten daarom al het ontvangen geld terugbetalen. De bedragen liepen vaak op tot tienduizenden euro's. Velen kwamen daardoor in de problemen en raakten huizen of auto's kwijt, zagen hun relaties sneuvelen, kregen psychische problemen of konden niet meer voor hun kinderen zorgen. Het kabinet-Rutte III trad eerder dit jaar af om de kwestie.