Normal_baby_kruipen_kijken_kind35

De angst voor spinnen en slangen is niet aangeleerd, maar heeft een evolutionaire oorsprong. Dit blijkt uit onderzoek van Duitse en Zweedse wetenschappers die experimenteerden met zes maanden oude baby’s. Zodra zij een spin zagen, kregen de jonge kinderen aanzienlijk grotere pupillen. Een duidelijk teken van een stressreactie, zeggen de onderzoekers. Dat meldt Scientias. 

De baby’s kregen plaatjes te zien van lieve en vrolijke dingen als bloemen en vlinders, ‘neutrale’ dieren als neushoorns en beren én van dieren die oudere kinderen en volwassenen vaak eng vinden: spinnen en slangen.  Foto’s van slangen en spinnen gaven een duidelijk andere reactie, dan foto’s van bloemen, zo zagen de onderzoekers. De pupillen werden groter; een signaal dat een deel van hun brein, verantwoordelijk voor stress, geactiveerd werd.

“Wij concluderen dat angst voor slangen of spinnen een evolutionaire oorsprong heeft”, zegt onderzoeker Stephanie Hoehl. Omdat er een reactie ontstaat in het brein, zijn mensen beter in staat deze dieren sneller te identificeren en zo met stress te reageren. Daardoor zien we slangen en spinnen vaak als eng of vies. Eerder toonde een ander onderzoek al aan dat eenzelfde soort reactie niet optreedt bij bijvoorbeeld dieren en neushoorns. Gevaarlijk dieren, maar niet als dusdanig herkend. 

Door: Redactie Nationale Zorggids