Normal_zwanger_zwangerschap_1

Waarom een vroeggeboorte plaatsvindt, is nog niet altijd even duidelijk. De mogelijke factoren die eraan bijdragen worden vaak bij de moeder gelegd, maar volgens Amerikaanse onderzoekers moet ook naar de rol van de foetus gekeken worden en dan met name de afweercellen van het kindje. Die kunnen namelijk voor afstoting zorgen, beweren zij. Dat meldt Vakblad Vroeg. 

Hiervoor onderzochten de onderzoekers 89 zwangerschappen met een normale geboorte en zeventig zwangerschappen waarbij het kindje te vroeg ter wereld kwam. In de afweercellen die zij in het bloed van de moeder en in de navelstreng vonden, zaten duidelijke verschillen. Zo vonden ze meer cellen in de navelstreng na een vroeggeboorte dan na een normale geboorte. Van de moeder én van de foetus. Volgens de onderzoekers betekent dit dat het afweersysteem van het kind al actief is en het gevecht aangaat met zijn moeders cellen.

Voorheen weer altijd gedacht dat het afweersysteem van het ongeboren kind nog niet actief was. Dit nieuwe onderzoek bewijst het tegendeel. “De meeste onderzoekers doen experimenten in muismodellen. En bij muizen zie je inderdaad dat het afweersysteem van de foetus nog erg onvolwassen is. Je kunt je dan niet voorstellen dat er een afstotingsreactie plaats kan vinden, maar bij mensen ligt dit dus anders”, zeggen de Amerikanen.

Het vermoeden is dat het afweersysteem geactiveerd wordt als het kind zich uit een onveilige situatie of omgeving wil ontsnappen, bijvoorbeeld omdat de moeder een ontsteking of infectie heeft. Normaal gesproken houden de zogenoemde t-cellen de afweercellen die potentieel kunnen aanvallen tegen. Maar die controle staakt, of raakt in de war, als een vroeggeboorte plaatsvindt. De afweercellen van het ongeboren kind hebben daarom vrij spel om op de cellen van de moeder af te gaan. 

Door: Redactie Nationale Zorggids