UMCG betrokken bij groot landelijk onderzoek naar beroertes

Een grote groep Nederlandse onderzoekers ontvangt 4 miljoen euro voor een grootschalig onderzoek naar snelle en betere behandeling van patiënten met een beroerte. Ook het UMCG doet nadrukkelijk mee aan dit onderzoek. Dat meldt het UMCG. 

De Hartstichting en Hersenstichting investeren samen 4 miljoen euro in een grootschalig onderzoek om de kans op een goed herstel van een patiënt na een herseninfarct, hersenvliesbloeding of hersenbloeding te vergroten.  Het onderzoek, CONTRAST-IMPULSE geheten, wordt uitgevoerd door een consortium waarin alle Nederlandse Universitair Medische Centra en regionale ziekenhuizen met elkaar samenwerken. Deze laatste doen de behandeling waar bij een herseninfarct een stolsel uit een bloedvat in de hersenen wordt verwijderd. Vanuit het UMCG zijn Maarten Uyttenboogaart (Neurologie en Radiologie), Maarten Lahr en Erik Buskens (Epidemiologie) bij deze studie betrokken.

Elke seconde telt

De kans op een goed herstel is het grootst als zo snel mogelijk de juiste diagnose kan worden gesteld en zo snel mogelijk de juiste behandeling kan starten. Dit begint al in de ambulance, waar momenteel de oorzaak van een beroerte niet altijd goed is vast te stellen. Door inzet van nieuwe technologie moet het straks mogelijk zijn om al in de ambulance de juiste diagnose te stellen om vervolgens de patiënt direct naar het meest geschikte ziekenhuis te kunnen vervoeren. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een slimme badmuts die is uitgerust met elektroden waarmee bij patiënten al in de ambulance een diagnose gesteld kan worden als er vermoeden is van een beroerte.

Klinische studies

Ook starten de onderzoekers met zes grote klinische studies. Bij deze studies wordt het effect van nieuwe behandelingen onderzocht. Aan deze studies zullen ruim 6000 patiënten vanuit de deelnemende ziekenhuizen meedoen. Deze groep wordt langdurig gevolgd. Bij deze studies zijn ook revalidatieartsen betrokken. Hierdoor kunnen ook gezondheidsproblemen bij patiënten aangepakt worden die zich later in hun leven voordoen.   

Door: Nationale Zorggids