Normal_stoel_tweede_kamer

Professionals in de gezondheidszorg, ouderenzorg, gehandicaptenzorg, jeugdzorg, maatschappelijke ondersteuning, onderwijs, kinderopvang, asielzoekercentra en justitie zijn per 1 juli 2013 wettelijk verplicht om te beschikken over een meldcode waarmee zij in actie kunnen komen tegen huiselijk geweld kindermishandeling. Bij elkaar gaat het om zo’n anderhalf miljoen professionals.

Staatssecretaris Martin Van Rijn (VWS) noemt de inwerkingtreding van de wet vandaag een belangrijke mijlpaal in de strijd tegen kindermishandeling en huiselijk geweld. Van Rijn: “De wettelijke verplichting is geen startpunt maar een sluitstuk want de meldcode wordt al jaren ingezet op allerlei plekken met veel goede resultaten. We weten dus dat de meldcode in de praktijk werkt om mishandeling en geweld sneller en beter te kunnen stoppen. En dat telt voor de kinderen, volwassenen en ouderen die slachtoffer zijn.”
 
Vijf stappen
De meldcode is een overzichtelijk vijfstappenplan waarin staat wat een professional het beste kan doen bij een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling. De meldcode leidt de professional door het proces vanaf het eerste vermoeden tot aan het moment dat hij of zij moet beslissen over het doen van een melding.
 
Rotterdam
Staatssecretaris Martin van Rijn spreekt maandag tijdens het mini-congres Wet verplichte meldcode in Rotterdam. Ruim vijf jaar geleden nam Rotterdam het voortouw om te komen tot een meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. In Rotterdam is het aantal meldingen door professionals bij het Advies- en Steunpunt Huiselijk geweld sinds de start met de Rotterdamse meldcode in 2007 meer dan verviervoudigd (van 215 in 2007 naar 984 in 2012). Bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling is eveneens een forse stijging van het aantal adviezen (van 1952 naar 2723) en consulten waar te nemen (van 348 naar 1067). Er wordt nu vaker en eerder ingegrepen bij meldingen van huiselijk geweld en kindermishandeling.