Normal_geld__euro

Door scherp te onderhandelen over de prijs van nieuwe en zeer dure geneesmiddelen is vorig jaar 272 miljoen euro bespaard. Dat is een verdubbeling ten opzichte van 2017. Sinds 2013, het jaar waarin met de onderhandelingen werd gestart, gaat het om een totale besparing op de zorgkosten van bijna 600 miljoen euro. Dit meldt Rijksoverheid. 

In 2018 werden zeven onderhandelingstrajecten met succes afgerond. Daarmee waren er in 2018 in totaal dertig geneesmiddelen die dankzij financiële arrangementen tegen een verlaagde prijs voor patiënten beschikbaar waren. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om middelen als Orkambi (behandeling taaislijmziekte), Myozyme (Ziekte van Pompe), Spinraza (SMA) en Opdivo en Keytruda (immunotherapieën).

Uitgaven bleven stijgen

Afgaand op de oorspronkelijk door fabrikanten gehanteerde vraagprijzen zouden de kosten voor de dertig middelen over heel 2018 in totaal 754 miljoen euro bedragen. Na onderhandelingen werd dit uiteindelijk 482 miljoen euro; een besparing van 272 miljoen euro. Ondanks die forse besparing stijgen de uitgaven aan deze geneesmiddelen wel: van 319 miljoen euro in 2017 naar dus 482 miljoen euro in 2018.

Meer geneesmiddelen 

Dat is een stijging van 51 procent. De toename is deels te verklaren doordat het om meer geneesmiddelen gaat (25 in 2017; 30 in 2018) en deels doordat die middelen door meer patiënten worden gebruikt. De medicijnen waarover is onderhandeld vormen daarmee ook een steeds groter aandeel in de totale uitgaven aan geneesmiddelen.

Het onderhandelingsresultaat blijkt ook sterk af te hangen van hoe vaak een middel wordt voorgeschreven. Bij veel overeenkomsten geldt: hoe vaker, hoe hoger de korting. 

Door: Nationale Zorggids