Moeilijke zorgtaal belemmert toegang: IGJ ziet grote verschillen tussen organisaties
Een afspraakformulier dat niemand snapt. Een brief met te kleine letters. Digitale informatie die alleen te vinden is als je precies weet waar je moet klikken. Voor veel mensen blijkt zorginformatie simpelweg te moeilijk. Dat zet de toegang tot zorg onder druk, concludeert de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) in een nieuw onderzoek.
De inspectie onderzocht in 2025 hoe goed zorgorganisaties aansluiten bij wat patiënten nodig hebben. De conclusie is dat de basis vaak staat, maar de communicatie tekortschiet. Patiënten vertellen dat uitleg soms ontbreekt, adviezen onduidelijk zijn en folders vooral bestaan uit moeilijke woorden. Sommigen krijgen alleen digitale informatie, terwijl niet iedereen digitaal vaardig is. Gevolg is dat patiënten afspraken missen, weer opgenomen moeten worden of over- of onderbehandeld worden.
Taal vaak te moeilijk
Veel geïnterviewden geven aan dat ze zorginformatie letterlijk niet kunnen lezen. De inspectie hoorde regelmatig dat brieven ingewikkeld zijn en dat mensen schriftelijke uitleg missen waarnaar ze kunnen teruggrijpen. Daardoor begrijpen patiënten soms niet welke zorg is afgesproken of wat ze zelf moeten doen.
Grote verschillen in aanpak
Opvallend is hoe verschillend zorgorganisaties met begrijpelijkheid omgaan. Sommige instellingen besteden nauwelijks aandacht aan heldere taal of richten zich alleen op mensen die de Nederlandse taal niet machtig zijn. Andere organisaties lopen juist voorop met beleid voor brede gezondheidsvaardigheden: van hulp bij digitale formulieren tot begrijpelijke uitleg tijdens consulten.
Hoewel de aandacht voor begrijpelijke zorg er is, hebben niet alle instellingen dit in hun vaste werkwijze opgenomen. Sommige doelgroepen blijven buiten beeld en de controle op begrijpelijke informatie blijkt soms uit. Zorgaanbieders die beleid hebben voor persoonsgerichte zorg hebben moeite met de uitvoering in de praktijk.