Normal_sigaret_roken

Het percentage Nederlanders dat aangeeft wel eens te roken is het hoogst onder twintigers. Dit blijkt uit de Leefstijlmonitor van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het RIVM en het Trimbos-instituut die vandaag op Internationale Anti-Tabaksdag is gepubliceerd. Onder de twintigers bevinden zich minder dagelijkse en zware rokers dan onder oudere rokers. 74 procent van de rokers rookt dagelijks en 15 procent rookt twintig sigaretten per dag of meer. Dit meldt het CBS.

Een kwart van de Nederlanders van 12 jaar en ouder gaf in 2015 aan wel eens te roken. Drie kwart van die rokers stak dagelijks een sigaret, sigaar of pijp op. Het hoogste percentage rokers (ruim 38 procent) was te vinden in de leeftijdsgroep tussen de 20 tot 30 jaar. Meer dan 60 procent van de rokers in deze leeftijdscategorie zei dagelijks te roken. In de leeftijdsgroepen boven de 30 was het percentage rokers kleiner, maar 75 tot 85 procent rookte dagelijks. Van alle rokers gaven jongeren tussen de 16 en 20 jaar het minst vaak op dagelijks te roken.

Van de rokers was 15 procent in 2015 een zware roker; hij of zij rookte 20 of meer sigaretten per dag. In de leeftijdsgroep van 50 tot 55 jaar was het hoogste percentage zware rokers te vinden. Bijna een kwart van de rokers in deze groep verstookte 20 of meer sigaretten per dag. Onder jongeren tussen de 16 en 20 jaar en onder twintigers was minder dan 10 procent een zware roker. Het aandeel zware rokers is sinds 2001 bijna gehalveerd.

© Nationale Zorggids