“Een jaar geleden hebben we een aantal apps getest. De één is beter dan de andere. Sommige meten hartslag en andere niet. Een hartslag meten is beter dan alleen gps-data. Maar we ontdekten bijvoorbeeld dat als je je arm in een bepaalde hoek houdt, zo’n app vaak denkt  dat je veel beweegt. 100 procent geloofwaardig zijn ze allemaal nog niet”, legt Braakman uit.

Ze waarschuwt ook voor de nadelen die komen kijken bij het gebruik van gezondheidsapps. Zo zijn de gegevens van je slaapgedrag moeilijk te interpreteren en weten gebruikers vaak niet wat een bepaalde bloeddruk inhoudt. Volgens Braakman zou het beter zijn voor de consument als de apps in plaats van cijfers concrete tips zouden geven. Dus in plaats van en bloeddruk van 150/100, zou de app moeten zeggen dat de bloeddruk te hoog is.

Toch kunnen apps mensen met een bepaald doel ook stimuleren. Gebruikers die meer willen sporten bijvoorbeeld, hebben veel aan een digitaal steuntje in de rug. Maar dergelijke apps zijn niet geschikt voor mensen die vanwege hun gezondheid iets moeten bereiken, omdat de vrij beschikbare apps te algemeen zijn. Iets anders dat ze voorstelt is het instellen van beloningen, zoals een virtuele prijs. Toch is Braakman niet alleen maar negatief over gezondheidsapps. Ze zijn alleen geen ‘must’ als het gaat om het bereiken van bepaalde gezondheidsdoelen.

Braakman denkt dat de apps over een paar jaar veel beter ontwikkeld zijn en dat mensen veel betrouwbare metingen te zien krijgen. Ook weet ze dat de technologie inzet op personalisatie, iets wat gezondheidsapps ook goed kunnen gebruiken. “Ook de niet-gemotiveerde groep kan dan in de toekomst worden verleid tot een gezonde levensstijl.”

Door: Redactie Nationale Zorggids