Omwonenden geitenhouderij hebben meer kans op longontsteking

Wie in een gebied woont met veel intensieve veehouderij, heeft meer kans op een longontsteking. Dat geldt vooral voor mensen die in de buurt van geitenhouderijen wonen. Dat blijkt uit onderzoek in plattelandsgemeenten in Utrecht, Gelderland en Overijssel. Uit eerder onderzoek in Limburg en Noord-Brabant (2009-2016) kwamen meerdere jaren achtereen vergelijkbare resultaten. Dit meldt het RIVM.

Dat mensen die in een gebied wonen met veel intensieve veehouderij vaker longonsteking krijgen, blijkt uit een vergelijking van plattelandsgemeenten in verschillende regio’s van Nederland. Bij deze vergelijking zijn aantallen patiënten met longontsteking vanuit huisartspraktijken gebruikt. De onderzoekers hebben ook inwoners van plattelandsgemeenten met veel veehouderij in Utrecht, Gelderland en Overijssel onderling vergeleken. Hieruit komt naar voren dat longontsteking iets vaker voorkomt bij mensen die bij geitenhouderijen wonen. Het gaat vooral om mensen die binnen een afstand van 1 à 2 kilometer van een geitenhouderij wonen. 
 

Longontsteking en geitenhouderijen

Het aantal extra longontstekingen rond geitenhouderijen is in dit onderzoek klein (10-50 gevallen per 100.000 inwoners), maar in Nederland wonen 1,7 miljoen mensen op minder dan 2 km kilometer afstand van een geitenhouderij. Dat betekent dat als we het doorrekenen naar heel Nederland, het toch om veel mensen gaat.
 

Oorzaak onduidelijk

Waarom longontsteking vaker voorkomt bij mensen die rond een geitenhouderij wonen is onbekend. Mogelijk zijn er verschillende oorzaken. Het onderzoek hiernaar loopt nu en is waarschijnlijk in 2022 klaar.
 
 
Door: Nationale Zorggids