Coassistent werkt fulltime maar heeft bijbaan nodig om rond te komen
Coassistenten draaien weken van gemiddeld 53 uur, maar ontvangen nauwelijks vergoeding. Ruim 60 procent komt niet rond zonder bijbaan. Dat blijkt uit onderzoek van De Geneeskundestudent, de landelijke organisatie voor geneeskundestudenten. De organisatie pleit voor een eerlijke vergoeding voor coassistenten.
Van de studenten met een bijbaan zegt 70 procent dat dit noodzakelijk is om financieel overeind te blijven. Tegelijk voelen negen op de tien zich gedwongen om minder te werken zodra hun coschappen starten. Voor studenten zonder financiële steun van thuis is het nog lastiger. Zij hebben tot 25 keer meer kans om meer dan 15 uur per week te moeten bijklussen naast hun coschappen. Volgens voorzitter Berk Uzunalioglu van De Geneeskundestudent vergroot dat de kansenongelijkheid binnen de opleiding geneeskunde. “Het beroep van arts moet daarom toegankelijk zijn voor iedereen, niet alleen voor wie financieel wordt gesteun door zijn ouders”, aldus Uzunalioglu.
Minimaal 400 euro
De Geneeskundestudent wil daarom dat elke coassistent automatisch recht krijgt op een stagevergoeding van minstens 400 euro per maand, gelijk aan andere stagiairs in de zorg. Die vergoeding geldt nu lang niet overal, zoals bij huisartsen, GGD’s en arbodiensten. Ook het huidige bedrag van 120 euro per maand binnen academische ziekenhuizen is volgens de organisatie veel te laag. Het minimale bedrag van 400 euro zou ook moeten gelden voor de wetenschapsstage.
Tenslotte pleit De Geneeskundestudent voor duidelijke en tijdige informatie over vergoedingen, declaraties en het stappenplan bij uitblijvende betalingen. “Alleen zo krijgt iedere coassistent de vergoeding waar hij of zij recht op heeft.”
