Lonen in de zorg stijgen, maar koopkracht blijft ongelijk verdeeld
De lonen in de zorg stegen het afgelopen decennium fors, maar de groei verschilt sterk per beroep. Artsen zagen hun uurloon met 44 procent stijgen naar gemiddeld 40,40 euro. Mbo-verpleegkundigen kregen een plus van 32 procent, wat neerkomt op 28,50 euro per uur. Gespecialiseerd verpleegkundigen begonnen over dezelfde periode 33,00 euro per uur te verdienen. Dit meldt CVster.nl.
Medisch specialisten kregen net als artsen een loonstijging van 44 procent, waardoor zij in 2024 30,60 euro verdienden. Flink minder dan hun artsencollega’s dus. Fysiotherapeuten stegen met 30 procent naar 30,30 euro per uur. Aan de onderkant van de schaal staan mbo-verpleegkundigen, verzorgenden en medisch praktijkassistenten.
Kleinte groei voor mbo-verpleegkundigen
De gemiddelde stijging van de prijzen lag in dezelfde periode rond de 31 procent. Dat betekent dat mbo-verpleegkundigen, verzorgenden en medisch praktijkassistenten weinig reële koopkrachtwinst zagen. Psychologen en sociologen profiteerden het meest met een reële groei van 39 procent.
Cvster benadrukt dat hogere salarissen vaak samenhangen met specialisatie en opleiding. “Maar het zijn juist de lager betaalde functies waar de personeelstekorten het grootst zijn. Dat maakt het des te belangrijker om ook daar concurrerende arbeidsvoorwaarden te bieden”, aldus een woordvoerder.
Werk-privébalans
Salaris is bovendien zeer belangrijk bij de werving van nieuwe zorgmedewerkers. Onderzoek van Gallup toont aan dat meer dan de helft van de werknemers meer geneigd zijn van baan te wisselen als er sprake is van goed loon en passende secundaire arbeidsvoorwaarden. Maar nog vaker zoekt zorgpersoneel naar een betere balans tussen werk en privé.