Normal_depressie_verdrietig_ongelukkig

Huisartsen geven vooral medische informatie en advies, terwijl patiënten behoefte hebben aan een arts die luistert, ondersteunt en empathie toont voor psychosociale aspecten die een rol kunnen spelen bij fysieke klachten. Dat blijkt uit een onderzoek van promovenda Ligaya Butalid bij het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (NIVEL).

Zowel huisartsen als patiënten vinden dat de kwaliteit van de communicatie in de spreekkamer is verbeterd na de invoering van richtlijnen. Artsen zijn zich door de jaren heen meer bewust geworden van de psychosociale context bij fysieke klachten, maar dit heeft niet geleid tot meer inlevingsvermogen. Dat is voor een deel ook te wijten aan patiënten zelf, die sommige problemen niet ter sprake brengen.

De manier waarop huisartsen en patiënten met elkaar communiceren wordt beïnvloed door de context waarin dat consult plaatsvindt. Door de jaren heen is deze context nogal veranderd. In haar proefschrift analyseert Butalid hoe de veranderende context doorwerkt in veranderingen in het arts-patiënt contact tijdens het huisartsenspreekuur. Zij onderzocht in 824 huisartsconsulten uit de dagelijkse praktijk – voor hoge bloeddruk, psychosociale problemen of lage rugpijn – hoe de communicatie tussen huisartsen en patiënten door de jaren is veranderd. Het videomateriaal is tussen 1977 en 2008 verzameld door het NIVEL voor eerdere onderzoeken naar arts-patiënt communicatie. Het laat een ontwikkeling zien over dertig jaar.

Uit het onderzoek blijkt dat huisartsen nog zoeken naar een juiste balans tussen het werken volgens richtlijnen en persoonlijke zorg. Verder blijkt dat patiënten minder mondig zijn dan vaak wordt aangenomen. Butalid: 'Patiënten blijven per definitie afhankelijk van de arts. Ze moeten daarom tijdens consulten voldoende ruimte krijgen om hun onzekerheid of angst te uiten. De huisarts moet niet alleen aandacht hebben voor de ziekte, maar vooral ook voor de zieke.'

© Nationale Zorggids