De financiële problemen bij Solace begonnen toen gemeenten vorig jaar verantwoordelijk werden voor de thuiszorg. Volgens Zwienenberg zijn er na de transitie veertien gemeenten geweest die fors op zorg gingen bezuinigen, daar werd de thuiszorgorganisatie de dupe van. “Alle cliënten kregen vanaf toen nog maar twee uur thuishulp per week, terwijl dat eerst vaak zes of zeven uur was. Daardoor daalde de omzet in een jaar met vijftig procent, maar we hielden grotendeels dezelfde lasten”, zegt Zwienenberg.

Ze vindt dat gemeenten realistischer moeten indiceren en meer maatwerk moeten leveren. Niet iedereen kan het wekelijks doen met twee uur hulp. Ook de Centrale Raad van Beroep sluit zich daarbij aan. In mei oordeelde deze dat gemeenten niet zomaar mogen korten op huishoudelijke hulp zonder duidelijke onderbouwing. Ook moeten gemeenten passende hulp bieden als dat nodig is, zodat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Tot nu toe lijkt de uitspraak van de hoogste rechter niet overal te zijn doorgedrongen, want veel gemeenten doen er tot nu toe niets mee.

Solace had graag oplossingen willen aandragen om een faillissement te voorkomen, zoals het vakantiegeld in termijnen uitbetalen. Het merendeel van de medewerkers kon zich in deze regeling vinden, op een enkeling na die naar de FNV stapte. Vervolgens waren steeds meer mensen tegen deze oplossing en ging de vakbond niet akkoord. Reden hiervoor is dat het later uitbetalen van vakantiegeld gen oplossing was geweest, laat FNV weten. 

Door: Redactie Nationale Zorggids