Steeds minder mbo-studenten kiezen voor zorg: ‘Dit vraagt om actie’
Het aantal studenten dat kiest voor een mbo-opleiding in de zorg daalt hard. In 2019 begonnen nog 7.850 studenten aan de opleiding tot verzorgende, in 2024 waren dat er slechts 4.110. Ook de instroom bij mbo-verpleegkunde neemt af: van 8.430 naar 7.260 studenten in vijf jaar tijd. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van de MBO Raad.
Voorzitter Adnan Tekin van de MBO Raad is bezorgd. De instroom in opleidingen tot verzorgenden en verpleegkundigen neemt af, terwijl de personeelstekorten in de zorg juist flink toenemen. “Werkgevers, scholen en de overheid moeten samen zorgen voor betere arbeidsvoorwaarden, aantrekkelijkere loopbaanperspectieven en voldoende stageplekken”, zegt Tekin.
Tekort aan stageplaatsen
Vooral een gebrek aan stageplekken maakt de opleiding minder toegankelijk. Zorgstudenten doen pas echt ervaring op tijdens hun stage, dus daarvan moeten er voldoende zijn. Tekin noemt het dan ook een slecht idee dat het kabinet wil bezuinigen op het Stagefonds zorg. “Deze bezuiniging moet van tafel. Zonder stageplek geen mbo-diploma.”
Kansen voor zij-instromers
De MBO Raad pleit ook voor soepelere regels voor zij-instromers. Werkenden die zich willen laten omscholen, moeten niet tegen overbodige drempels aanlopen. Tekin pleit ook voor een later studiekeuzemoment, omdat veel jongeren vaak nog niet weten wat ze met hun toekomst willen doen. “Een bredere oriëntatieperiode kan helpen om meer studenten te enthousiasmeren voor een zorgopleiding.” Sommige partijen willen de studiekeuzevrijheid beperken, maar dat is voor de MBO Raad een ‘no go’. Dwang en drang zijn niet de oplossing voor een duurzame arbeidsmarkt in de zorg.