Zorgbestuurder krijgt celstraf voor fraude met coronasubsidie
De eigenaar van het Rotterdamse zorgbedrijf Zorg Zuid-Holland is veroordeeld tot negen maanden gevangenisstraf vanwege fraude met coronasubsidies. De subsidie, bedoeld om zorgpersoneel te ondersteunen, werd niet aan de zorg besteed, maar grotendeels weggesluisd naar het buitenland. Dit meldt Follow the Money.
Frauduleuze geldstromen
De zorgondernemer, Abdelmouttalib L., kreeg 179.000 euro COZO-subsidie, maar gebruikte dit niet zoals voorgeschreven. 116.000 euro werd overgemaakt naar een detacheringsbureau, waarna het geld via tussenpersonen grotendeels terechtkwam op Poolse bankrekeningen en bij een bedrijf in de Verenigde Arabische Emiraten. Daarnaast belandde 30.000 euro op de rekening van een adviesbureau dat beweerde zes familieleden van L. te hebben betaald, al kon dit niet worden vastgesteld.
Volgens het Openbaar Ministerie is er geen enkel bewijs dat het geld daadwerkelijk naar zorgpersoneel is gegaan. L. kon geen namen van medewerkers noemen, en uit banktransacties bleek dat er geen loonheffingen of sociale lasten waren afgedragen.
Harde veroordeling
De rechter oordeelde dat L. misbruik heeft gemaakt van de lage drempel die de overheid stelde bij de toekenning van coronasubsidies. “Het was een periode waarin Nederland op zijn kop stond en er snel geschakeld moest worden. U heeft dat vertrouwen enorm geschaad,” aldus de rechter.
Naast de celstraf mag L. vijf jaar lang geen bedrijf besturen en kreeg hij een voorwaardelijke boete van 20.000 euro. Ondertussen loopt er nog een bestuursrechtelijke procedure om het verdwenen geld terug te vorderen.
Breder onderzoek naar fraude
Deze veroordeling maakt deel uit van een breder onderzoek naar coronasteunfraude. Justitie heeft zicht op een netwerk van veertig bedrijven die samen 10 miljoen euro aan COZO-subsidies ontvingen, waarvan minstens 4,1 miljoen euro naar het buitenland is verdwenen.
L. heeft inmiddels zijn zorgbedrijf omgedoopt tot een bemiddelingsbureau en beweert dat de onderneming “leeg” is. Tijdens de rechtszaak hield hij zich grotendeels stil en gaf hij aan zich te willen richten op zijn gezin en baan in loondienst.