Tandartsen en orthodontisten gaan gevecht aan tegen lagere tarieven
De nieuwe tandarts- en orthodontietarieven vallen niet in goed bij de beroepsgroepen. Zij spannen dan ook een kort geding hiertegen aan. Met name orthodontisten zullen door de nieuwe tarieven minder inkomen krijgen. Eerder dit jaar stapten ook huisartsen en vrijgevestigde ggz-behandelaren naar de rechter vanwege de tarieven van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Dit meldt BNR.
Ongeveer eens in de 5 tot 7 jaar komen er op basis van een kostenonderzoek door de NZa, nieuwe tarieven. Uit het kostenonderzoek moet dan blijken welke kosten bij de verlening van tandartsen- en orthodontiezorg komen kijken. De tarieven zijn net flexibel en gaan dus bijvoorbeeld niet omhoog en omlaag met de inflatie, waardoor tussentijdse indexatie plaatsvindt. Het onderzoek stelt de tarieven vast op basis van de meest recente informatie, waardoor ze iets lager uitvallen dan vorig jaar.
Beugelbehandeling 11,2 procent goedkoper
Het totale tarievenbedrag valt 1,12 procent lager uit, maar een beugelbehandeling valt volgend jaar met 11,2 procent lager uit. “De prijzen gaan dus omlaag. Dat hoor je niet vaak in deze tijd”, legt Maarten van Poll van het Financieele Dagblad uit. De Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (KNMT) vindt het bedrag onredelijk en stapt daarom naar de rechter. Huisartsen en vrijgevestigden in de ggz haalden al eerder dit jaar hun gelijk bij de rechter.
