Deze week ging de Tweede Kamer in debat met staatssecretaris Paul Blokhuis over de invoering van een prenataal huisbezoek voor kwetsbare zwangere vrouwen; vrouwen die bijvoorbeeld in armoede leven, psychische problemen of een verslaving hebben. Dit meldt de Tweede Kamer.
De kwetsbaarheid van de vrouw kan invloed hebben op de gezondheid van het ongeboren kind én gevolgen hebben voor het latere leven. Een prenataal huisbezoek kan ervoor zorgen dat risico’s voor het kind vroegtijdig in beeld komen, stelt staatssecretaris Blokhuis van Volksgezondheid. Veel gemeenten hebben zo’n bezoek al ingevoerd, maar nu wordt het verplicht én er wordt geld voor geregeld.
Uitvoering
D66-Kamerlid Paulusma vindt de uitvoering nog te onduidelijk, hoewel de plannen echt verschil kunnen maken. De vraag is of alle partijen weten wat er van hen verwacht wordt en hoe de ervaringen van zwangere vrouwen zijn meegenomen in de uitvoering. De wet gaat per 1 januari 2022 in, dus er is nog voldoende tijd om mensen voor te bereiden, antwoordt Blokhuis op Paulusma. Er is via Patiëntenfederatie Nederland en verschillende raden advies gevraagd aan zwangere vrouwen.
Lisa Westerveld van GroenLinks vraagt zich af of er genoeg geld beschikbaar is om de plannen goed uit te voeren. Gemeenten krijgen de komende vier jaar ieder jaar 5,3 miljoen euro voor de prenatale huisbezoeken, maar de VNG zegt dat dit volstrekt onvoldoende is, aldus Westerveld. Blokhuis wil daarover het gesprek aangaan, maar zegt wel dat gemeenten akkoord zijn gegaan met het bedrag per huisbezoek. De overige kosten zouden dan gedekt moeten worden door de gemeentelijke begroting voor de jeugdgezondheidszorg.
Vrijwillig
Veel woordvoerders van de partijen vinden dat zo’n huisbezoek niet verplicht moet zijn. Daar is Blokhuis het mee eens, het gaat dan ook om een plicht voor gemeenten en niet voor gezinnen.
Door: Nationale Zorggids