Bijna tien jaar na het uitbreken van de Q-koortsepidemie staan patiënten er nog grotendeels alleen voor. Zo kampen ze, behalve met aanhoudende gezondheidsklachten, ook met een verslechterde financiële en sociale situatie. Daarnaast voelen patiënten zich nog altijd niet erkend door de overheid, concludeert de Nationale ombudsman Reinier van Zutphen in een dinsdag verschenen rapport.
Vijf jaar eerder deed de ombudsman ook al onderzoek naar de rol van de overheid bij de Q-koortsepidemie in 2008-2009. "De Nationale ombudsman constateert dat de houding van de overheid ten opzichte van de patiënten niet is veranderd sinds 2012. Het uitblijven van de zo gewenste excuses is voor veel patiënten een hard gelag'', aldus de klachtenbehandelaar.
De ombudsman vond destijds dat de overheid te laks reageerde op de uitbraak van de infectieziekte. Daardoor zouden onnodig slachtoffers zijn gevallen. Excuses heeft het kabinet niet willen maken en een schadevergoeding voor getroffenen zat er ook niet in, ondanks een oproep daartoe van de ombudsman.
Meer dan tien jaar geleden bleek dat verschillende geitenboerderijen, vooral in Noord-Brabant, besmet waren met Q-koorts. De infectieziekte, die kan overgaan van dier op mens, groeide in de jaren daarna uit tot een ongekend grote epidemie. Duizenden mensen werden ziek, waarvan naar schatting achthonderd chronisch ziek. Voor zover nu bekend zijn er 74 mensen overleden aan de gevolgen van Q-koorts.
"De gevolgen blijven ook jaren na dato aanhouden en er worden nog altijd nieuwe patiënten gediagnosticeerd. De vrees is dat het einde nog niet in zicht is'', aldus ombudsman Van Zutphen. Hij doet een aantal aanbevelingen aan de overheid, waaronder het komen met een "concreet gebaar'' voor patiënten en ze te erkennen.
Door: ANP